9.2 Stamboomonderzoek

De stikstofbasen die DNA bevat zijn
A
Adenine, Thymine, Uracil en Guanine
B
Adenine, Thymine, Guanine, Cytosine
C
Adenine, Thymine, Uracil en Cytosine
D
Cytosine, Guanine, Adenine, Thyomanis
1 / 22
next
Slide 1: Quiz
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

De stikstofbasen die DNA bevat zijn
A
Adenine, Thymine, Uracil en Guanine
B
Adenine, Thymine, Guanine, Cytosine
C
Adenine, Thymine, Uracil en Cytosine
D
Cytosine, Guanine, Adenine, Thyomanis

Slide 1 - Quiz

Maak de dubbele streng van het DNA molecuul compleet

Slide 2 - Drag question

Gen
Celkern
DNA
Chromosomen

Slide 3 - Drag question

Sleep het juiste woord naar het juiste plaatje.
een gen
Een allel

Slide 4 - Drag question

Stambomen

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Allelen
Er zijn verschillende variaties van een gen, een allel genoemd.

Hierbij kan een allel dominant (overheersend) zijn of recessief (onderdrukt). 

Slide 8 - Slide

Stel we kijken naar het gen haarkleur. 

Het allel voor bruine haarkleur (B) is dominant.
Het allel voor blonde haarkleur (b) is recessief.


Slide 9 - Slide


BB of bb is homozygoot
Bb is heterozygoot

Bij heterozygoot komt het dominante allel tot uiting. 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Dominant /recessief

Dus om te checken of een eigenschap dominant of recessief is ga je op zoek naar een plek waar twee ouders met hetzelfde fenotype, een nakomeling hebben met een ander fenotype.

blz. 19 in je boek


Slide 13 - Slide

Als een eigenschap recessief is....
A
betekent dit dat de eigenschap alleen tot uiting komt als het homozygoot is
B
betekent dit dat de eigenschap alleen tot uiting komt als het heterozygoot is
C
Kan het zowel heterozygoot als homozygoot tot uiting komen alleen minder vaak.

Slide 14 - Quiz


Hoe noteer je 'homozygoot recessief?
A
aa
B
Aa
C
AA

Slide 15 - Quiz


Dominant of recessief?
A
De ziekte is dominant
B
De ziekte is recessief

Slide 16 - Quiz

Maak opdracht 1 en 2 op blz. 20

Slide 17 - Slide

x- chromosomaal

Als een gen op het x-chromosoom ligt, heet het x-chromosomaal. 
We noteren dit dan bijvoorbeeld als XA of Xa.
Je zet voor het allel dus het teken X om aan te geven dat X-chromosomaal is. 

Slide 18 - Slide

Zonen (XY) krijgen hun X-chromosoom altijd van hun moeder.
Dochters (XX) krijgen van zowel hun vader als hun moeder een X-chromosoom.  

blz. 21 in het boek.

Slide 19 - Slide

Het allel voor kleurenblindheid is recessief. Een vrouw met het genotype XBXb en een man met het genotype XBY krijgen samen een zoon. Wat is de kans dat hun zoon kleurenblind is?
A
40%
B
50%
C
75%
D
25%

Slide 20 - Quiz

Het allel voor kleurenblindheid is recessief. Een vrouw met het genotype XBXb en een man met het genotype XBY krijgen samen een kind. Wat is de kans dat kind een kleurenblinde zoon is?
A
40%
B
50%
C
75%
D
25%

Slide 21 - Quiz

Zelf oefenen
opdr. 3, 5, 6, 8, 9, 10, 11 

Slide 22 - Slide