Werken in een horeca keuken: basiskennis en vaardigheden

Werken in een horeca keuken: basiskennis en vaardigheden

Leerdoelen

Aan het einde van deze les kun je de basiskennis en -vaardigheden van het werken in een horeca keuken benoemen en toepassen.

Introduceer de leerdoelen en leg uit wat studenten aan het einde van de les zullen kunnen.

Wat weet je al over werken in een horeca keuken?

Materialen in de keuken

Pannen, messen, snijplanken, spatels, vergieten, etc.

Geef voorbeelden van de verschillende soorten materialen die in een keuken worden gebruikt en laat afbeeldingen zien.

Ingrediënten in de keuken

Groenten, fruit, vlees, vis, kruiden, etc.

Beschrijf de verschillende soorten ingrediënten die in een keuken worden gebruikt en hun bereidingswijze. Geef voorbeelden van veelgebruikte ingrediënten.

Werkhouding in de keuken

Hygiëne, snelheid, nauwkeurigheid, multitasking, stressbestendigheid.

Beschrijf de belangrijkste aspecten van een goede werkhouding in de keuken en waarom ze belangrijk zijn.

Ethisch en integer handelen

Eerlijkheid, respect, vertrouwelijkheid, geen discriminatie, geen pestgedrag.

Leg uit wat ethisch en integer handelen inhoudt en waarom het belangrijk is om dit in de keuken te respecteren.

Vakdeskundigheid toepassen

Kennis van kooktechnieken, recepten, menu's, allergieën, etc.

Beschrijf de verschillende aspecten van vakdeskundigheid in de keuken en waarom het belangrijk is om deze kennis toe te passen.

Samenwerken en overleggen

Communicatie, teamwork, overleg, efficiëntie.

Leg uit waarom samenwerken en overleggen belangrijk zijn in de keuken en geef voorbeelden van situaties waarin dit nodig is.

Materialen benoemen

Borden, bestek, glazen, kopjes, etc.

Noem verschillende soorten materialen die in een restaurant worden gebruikt en laat afbeeldingen zien. Vraag studenten om deze materialen te benoemen.

De keuken in actie

Laat een video of foto's zien van een keuken in actie en vraag studenten om te benoemen wat ze zien en welke kennis en vaardigheden er nodig zijn om in deze omgeving te werken.

Laat studenten de verschillende aspecten van de keuken in actie observeren en vraag hen om hun observaties te delen.

Quiz: materialen en ingrediënten

Geef een korte quiz waarin studenten worden gevraagd om verschillende materialen en ingrediënten in de keuken te benoemen.

Maak een korte quiz met afbeeldingen van verschillende materialen en ingrediënten die in de keuken worden gebruikt. Vraag studenten om deze te benoemen.

Praktische oefening: werkhouding

Laat studenten in groepjes werken en geef hen een praktische oefening waarbij ze hun werkhouding in de keuken moeten oefenen, bijvoorbeeld het snijden van groenten of het maken van een eenvoudig gerecht.

Laat studenten in groepjes werken en geef hen een praktische oefening waarbij ze hun werkhouding in de keuken kunnen oefenen.

Groepsopdracht: samenwerken

Geef studenten een groepsopdracht waarbij ze moeten samenwerken aan een gerecht en laat ze de verschillende aspecten van samenwerken en overleggen in de keuken toepassen.

Geef studenten een groepsopdracht waarbij ze moeten samenwerken aan een gerecht en laat ze de verschillende aspecten van samenwerken en overleggen in de keuken toepassen.

Evaluatie

Vraag studenten om de belangrijkste punten van de les op te noemen en om feedback te geven over wat ze hebben geleerd.

Vraag studenten om de belangrijkste punten van de les op te noemen en om feedback te geven over wat ze hebben geleerd.

Bronnen

Geef een lijst van bronnen waar studenten meer informatie kunnen vinden over werken in een horeca keuken.

Geef een lijst van bronnen waar studenten meer informatie kunnen vinden over werken in een horeca keuken.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.