H4 par. 4.2 De Franken komen

wie ben ik?
Naam: Joël van de Bijl
wat kom ik doen? : les geven en stage lopen
Hoe oud ben ik?: 20 jaar
1 / 26
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

wie ben ik?
Naam: Joël van de Bijl
wat kom ik doen? : les geven en stage lopen
Hoe oud ben ik?: 20 jaar

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

nog verdere vragen over mij?

Slide 3 - Open question

Memo brugklas H/V
H4. De tijd van monniken en ridders
Vorsten, monniken en boeren
par. 4.2 De Franken komen

Slide 4 - Slide

Leerdoelen
Aan het eind van deze paragraaf:
  • Kun je 3  voorbeelden van problemen geven die in de 4e eeuw ontstonden in het Romeinse Rijk.
  • Weet je in welk jaartal het Romeinse Rijk uit elkaar viel.
  • Weet je in welke 2 delen het Romeinse Rijk uit elkaar viel.
  • Kun je uitleggen wat de volksverhuizingen te maken hebben met het verdwijnen van het West-Romeinse Rijk.
  • Weet je in welk jaar en met welke gebeurtenis het West-Romeinse Rijk ophield met bestaan.

Slide 5 - Slide

Het Romeinse Rijk valt uit elkaar
In de 4e eeuw ontstonden er steeds grotere problemen, namelijk:
1. Het leger was eigenlijk te klein (300.000 man) om alle grenzen van het rijk goed te bewaken.

Slide 6 - Slide

Het Romeinse Rijk valt uit elkaar
2. Door de hoge belastingen voor het leger, hielden veel boeren niet genoeg geld over om zelf van te leven. Ze verlieten hun boerderijen: akkers bleven onbewerkt, voedselproductie daalde en in Rome kwamen minder inkomsten binnen.

3. Door de lange diensttijd van de soldaten, voelden ze zich meer verbonden met hun generaal dan met de keizer in Rome.

Slide 7 - Slide

Het Romeinse Rijk valt uit elkaar
4. Opvolging van de keizer: Romeinen vochten steeds vaker onderling, als er een nieuwe keizer moest komen. Tijdens zo'n ruzie werd het rijk niet goed bestuurd.

Gevolg: in 395 werd het Romeinse Rijk in tweeen gesplitst:
- West-Romeinse Rijk met een eigen keizer.
- Oost-Romeinse Rijk met een eigen keizer. Tot 1453 bestaan.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Volksverhuizingen
  • Toen de Hunnen (volk uit Azie) plunderd door Europa trokken werden de problemen nog groter.
  • Volken sloegen op de vlucht en zochten bescherming in het W.R.R.

Slide 10 - Slide

Volksverhuizingen
  • Germaanse volken, zoals de Visigoten en Vandalen, trokken ook rovend en plunderd Europa door.
  • Ze waren op zoek naar een nieuwe landbouwgronden, milder klimaat en rijkdom.
  • Germaanse volken, zoals de Franken, kregen toestemming om zich in het W.R.R. te vestigen als ze meehielpen bij de verdediging van het rijk.

Slide 11 - Slide

Volksverhuizingen
  • Zo kwamen de volksverhuizingen in de 4e eeuw op gang.
  • Het Romeinse leger was niet sterk genoeg om de grenzen van het West-Romeinse Rijk te verdedigen. 
  • En de Romeinse grenslegers bestonden grotendeels uit Germaanse soldaten: minder betrouwbaar!

Slide 12 - Slide

De Hunnen waren gewelddadig en joegen andere volken het Romeinse Rijk in. 
De zwakke verdediging en de andere volken (barbaren) zorgden ervoor dat de Romeinse keizer werd afgezet.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Einde West-Romeinse Rijk
  • De Romeinse keizer kreeg steeds minder macht.
  • In 476 zette het Germaanse stamhoofd Odoaker de laatste West-Romeinse keizer af.
  • Odoaker liet zichzelf in Rome tot keizer kronen.
  • Dit betekende het einde van het West-Romeinse Rijk.

Slide 15 - Slide

476 na chr. het einde



herhalen!

Slide 16 - Slide

Wat is geen oorzaak voor het verdwijnen van het West-Romeinse Rijk?
timer
0:20
A
Volksverhuizingen
B
Te klein leger
C
Slecht bestuur
D
Ontstaan Oost-Romeinse Rijk

Slide 17 - Quiz

Wat zie je op de kaart?
timer
0:20
A
Splitsing in West- en Oost- Romeinse Rijk
B
De val van het Oost-Romeinse Rijk
C
De val van het West-Romeinse Rijk
D
De volksverhuizingen

Slide 18 - Quiz

Het begrip dat bij dit plaatje past is ...
timer
0:20
A
West Romeinse Rijk
B
Volksverhuizingen
C
Frankische rijk
D
Romeinse cultuur

Slide 19 - Quiz

Welk deel van het Romeinse Rijk is blijven bestaan tot 1453?
timer
0:15
A
West Romeinse Rijk
B
Oost Romeinse Rijk

Slide 20 - Quiz

Gevolgen
  • Overal in Europa ontstonden kleine koninkrijkjes.
  • Bruggen en wegen werden niet meer onderhouden.
  • Steden raakten in verval.
  • Bijna alle handel verdween.
  • Europa werd (weer) een landbouwsamenleving.

De middeleeuwen zijn begonnen.

Slide 21 - Slide

Schrijf 1 gevolg op van het verdwijnen van het West-Romeinse Rijk.
timer
1:00

Slide 22 - Open question

Schrijf 2 dingen op die je vandaag gaat onthouden.

Slide 23 - Open question

Noem 1 ding wat nog niet duidelijk is

Slide 24 - Open question

Aan de slag
Wat? De tekst van par. 4.2  lezen  en daarna maak je de opdr. van par. 4.2 tot de toepassingsopdracht.
Hoe? Alleen 
Hulp? bericht in de chat
Tijd? tot 4 minuten voor het einde van de les, er word aangegeven wanneer dit is.
Klaar? Dan ga je de toepassingsopdracht maken. Daarna begin je met het lezen van par. 4.2.

Slide 25 - Slide

wat ging er goed?
wat kon er beter?

Slide 26 - Open question