Voorlezen....

Voorlezen....
1 / 9
next
Slide 1: Slide
Pedagogisch handelenSecundair onderwijs

This lesson contains 9 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

Voorlezen....

Slide 1 - Slide

Luister naar het verhaal voor jonge kinderen dat de leraar voorleest.

--> Wat is er typisch aan voorlezen aan kleine kinderen?

Slide 2 - Slide

Bekijk het fragment rond 'interactief voorlezen bij kleuters'. 

-->Wat is interactief voorlezen

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

- bespreek samen de eigenschappen van het boek adhv open vragen
  • Wat staat er op de kaft?
  • Wat zou (bijv de kat) daar doen?

- Stel tijdens het lezen extra vragen en geeft tips 
  • Ga dieper in op de inhoud van de tekst (bijv. waarom blaast de kat hier?)
  • Geef aandacht aan de afbeeldingen (bijv. wat zie jij hier in het gras?)
  • Sta stil bij nieuwe woorden (bijv. kan jij spinnen als een kat?)

- Geef positieve feedback (bijv. super dat je de kat gevonden hebt!)
- Leg linken met de eigen leefwereld ((bijv. wie heeft er ook een kat thuis?)
Interactief voorlezen

Slide 5 - Slide

STAGE-taak: Interactief voorlezen 

- Zoek een voorleesboek dat bruikbaar is voor de groep kinderen van je stageplaats: aansluitend bij noden of interesses die je opmerkte tijdens je stage.

- Bestudeer het gekozen voorleesboek zodat je het verhaal goed kent en ga op zoek naar hoe je het boek interactief kan maken zodat je taalstimulerend werkt.

- Bedenk een inleidende activiteit die aansluit bij je boek zodat kinderen – voordat het boek gelezen wordt - de nieuwe woorden echt zouden kunnen ervaren.

- Bedenk daarnaast ook een activiteit die je met de kinderen kan uitvoeren na het voorlezen van het boek.

Evaluatiecriteria: zie stagebundel

Slide 6 - Slide

OPDRACHT INTERACTIEF VOORLEZEN /20

- De leraar verdeelt jullie over 4 groepen
- Kies een boek uit de voorleesboeken waar jullie rond willen werken.
- Werk dit uit volgens de principes van interactief voorlezen - zie vorige slide

- Maak een filmpje over je antwoorden: wat doe je vooraf? Lees een stukje voor. Wat doe je nadien?
 
 

Slide 7 - Slide

OPDRACHT INTERACTIEF VOORLEZEN
- Stel volgende week donderdag voor aan de klas aan de hand van een filmpje: 

* je vertelt kort waarover het verhaal gaat.
* je legt uit welke inleidende activiteit je zal voorzien en legt uit waarom de activiteit taalondersteunend werkt.
* je leest een stukje uit het boek – interactief – voor. Maak duidelijk hoe jij ervoor zorgt dat het verhaal interactief voorgelezen wordt.
* je legt uit welke activiteit je zal voorzien na het voorlezen van het boek.
 
 

Slide 8 - Slide

EVALUATIECRITERIA - groepsopdracht

- kwaliteitsvol handelen: afspraken nakomen (/3)

- alle gevraagde onderdelen komen aan bod (/20)
- boek/activiteiten zijn afgesteld op de doelgroep
- je maakt duidelijk hoe het voorlezen van het boek/de activiteiten de taal stimuleren
- (een deel van) het boek is interactief voorgelezen met klemtoon op de taalstimulering
- manier van presenteren: verstaanbaar, boek duidelijk in beeld, geen chaos, …

 
 

Slide 9 - Slide