Spelling havo 4 oefening 20 t/m 31

Spelling 

havo 4
oefening 20 t/m 31
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Spelling 

havo 4
oefening 20 t/m 31

Slide 1 - Slide

Opdracht 20
1 ern-stig
2 ge-ordend
3 groei-en
4 hersen-spoeling
5 justi-tieel / jus-titieel
6 kijkers-file
7 konin-gin
8 lam-pen
9 looche-nen / loo-chenen
10 rond-om

Opdracht 22
1 affaire
2 beoefenen
3 buiig
4 cacao
5 cafeïne
6 coöperatie
7 geïllustreerd
8 gevarieerd


9 industrieel
10 kopiëren
11 materialen
12 naïeve
13 patiënt
14 radio
15 reünie
16 toilet

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Opdracht 24
1 baby’tje
2 Frans’ trein vertrekt ‘s morgens om zeven uur.
3 hyena’s
4 Janko’s fiets
5 kolibrietje
6 provincies
7 sms’en
8 SP’ers
9 ’t Is ’s winters vroeg donker in ’s-Hertogenbosch.
10 Uit Tijmens verslag is ’t goed af te leiden dat z’n ergernis groot was.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Opdracht 26
1 appèl houden
2 compote
3 employé
4 enquête
5 fêteren
6 misère
7 paté
8 Provençaals
9 première
10 ragout

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Slide 8 - Video

Opdracht 28
1. Op het kerstgala van 23 december mochten niet meer dan tweehonderd leerlingen komen, omdat er maar vijf docenten toezicht wilden houden.
2. Tussen Hemelvaart en eerste pinksterdag zitten altijd tien dagen.
3.  Dit huis op Marialaan 26 heeft het prachtige telefoonnummer 034-5676543.
4.  Mijn moeder is vanaf haar 73e levensjaar maar liefst 11 centimeter gekrompen.
5.  De bigband speelde vijf nummers, waarvan het derde in 7/8-maat geschreven was.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Opdracht 30
1. meeste, enkele
2. slechthorenden
3. enkele, andere
4. allen
5. meesten, allerbesten
6. degenen, eersten, laatsten

Opdracht 31
1. enkele
2. degenen, anderen
3. sommige, meeste
4. oudste
5. zieken, zieke
6. vele

Slide 11 - Slide