Taal blok 7, herhaling

1 / 20
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 6

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Maak een zin met 1 van onderstaande woorden:
lintje, oorkonde, onderscheiding

Slide 2 - Open question

Wat betekent
Het huis stond in lichterlaaie
A
Het huis kan tegen een stootje
B
Het huis is lang van stof
C
Het huis stond in brand
D
Het huis is af te raden

Slide 3 - Quiz

Favoriete .....

Slide 4 - Mind map

Welke 2 woorden horen bij elkaar?
A
bedwingen
B
bereiken
C
tegenhouden
D
beleven

Slide 5 - Quiz

Welke 2 woorden horen bij elkaar?
A
catastrofe
B
verzinsel
C
gevolg
D
smoes

Slide 6 - Quiz

Welke 2 woorden horen bij elkaar?
A
slecht vinden
B
meedoen
C
goed vinden
D
aanraden

Slide 7 - Quiz

waar kun je aan voldoen

Slide 8 - Mind map

Wat betekent
oefening baart kunst

Slide 9 - Open question

Wat betekenen de volgende woorden
1. treffen
2. selecteren
3. stichten
4. vermelden

Slide 10 - Open question

De scheepsramp

Slide 11 - Mind map

Wie werken er bij een krant

Slide 12 - Mind map

Wat is de stam van de volgende woorden:
1. lopen
2. werken
3. worden

Slide 13 - Open question

Wat is de stam en wat is de uitgang?
Lenny fietste naar school

Slide 14 - Open question

Wat is de stam en wat is de uitgang?
Hij barstte in tranen uit

Slide 15 - Open question

Maak van het werkwoord een zelfstandig naamwoord
...

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Slide

Wat zijn de pers. vnw. in de zinnen:
1. Je kon een speld horen vallen
2. Zijn zus danst graag, maar hij schrijft liever

Slide 18 - Open question

Verdeel in lettergrepen
1. leesboek
2. klasje
3. onjuist
4. liefde
5. radio

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Slide