Klimaatverandering Uitleggen

• Mens & Natuur
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 6

Klimaatverandering Uitleggen

Leerdoel

Aan het einde van deze les kun je klimaatverandering uitleggen.

Dit is de slide waarop je het leerdoel van de les presenteert.

Wat weet jij al over klimaatverandering?

Klimaatverandering

Klimaatverandering is de verandering van het klimaat op lange termijn.

Leg kort uit wat klimaatverandering inhoudt.

Oorzaken

De belangrijkste oorzaken van klimaatverandering zijn de uitstoot van broeikasgassen en ontbossing.

Leg de belangrijkste oorzaken van klimaatverandering uit.

Broeikaseffect

Het broeikaseffect is het vasthouden van warmte door broeikasgassen in de atmosfeer.

Leg kort uit wat het broeikaseffect is en hoe het bijdraagt aan klimaatverandering.

Gevolgen

Klimaatverandering heeft gevolgen voor het weer, de natuur, de zeespiegel en de mens.

Beschrijf kort wat de gevolgen zijn van klimaatverandering.

Gevolgen voor de mens

Klimaatverandering kan leiden tot voedseltekorten, natuurrampen en gezondheidsproblemen voor de mens.

Leg uit wat de gevolgen van klimaatverandering zijn voor de mens.

Maatregelen

Maatregelen om klimaatverandering tegen te gaan zijn onder andere minder vlees eten, minder auto rijden en meer gebruik maken van duurzame energiebronnen.

Leg kort uit wat de belangrijkste maatregelen zijn om klimaatverandering tegen te gaan.

CO2-uitstoot

CO2-uitstoot is de belangrijkste oorzaak van klimaatverandering.

Leg uit wat CO2-uitstoot is en waarom het zo belangrijk is in de context van klimaatverandering.

Duurzame energiebronnen

Duurzame energiebronnen zijn energiebronnen die niet opraken en geen schade toebrengen aan het milieu.

Definieer duurzame energiebronnen en geef enkele voorbeelden.

Conclusie

Nu weet je wat klimaatverandering is, wat de gevolgen zijn en wat we kunnen doen om het tegen te gaan.

Sluit de les af door de belangrijkste punten samen te vatten en de leerlingen aan te moedigen om actie te ondernemen tegen klimaatverandering.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.