Oefentoets VMBO 2 - H1

Oefentoets - 
Wat wil je kopen?
1 / 25
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Oefentoets - 
Wat wil je kopen?

Slide 1 - Slide

Welke begrippen weet je
nog over heel het hoofdstuk?

Slide 2 - Mind map

Hoe noemen we behoeften die je in je leven nodig hebt? (zoals wonen, kleding, eten)
A
Basisbehoeften
B
Tweede behoeftes
C
Eerste behoeften
D
Overige behoeften

Slide 3 - Quiz

Noem een voorbeeld van overige behoeften.

Slide 4 - Open question

Basisbehoeften
Overige behoeften

Slide 5 - Slide

GEBRUIKSGOEDEREN
VERBRUIKSGOEDEREN
Afwasmachine
Schaar
Schoolboek
Inkt
Shampoo
Vaatwasmiddel

Slide 6 - Drag question

Met een vriendin koop je een milkshake voor €2,50, twee ijsjes van €2,25 per stuk, een cola voor €1,75 en een zak chips voor €1,65
Hoeveel geef je in totaal uit?

Slide 7 - Open question

Met een vriendin koop je een milkshake voor €2,50, twee ijsjes van €2,25 per stuk, een cola voor €1,75 en een zak chips voor €1,65
Hoeveel geef je per product gemiddeld uit?

Slide 8 - Open question

Met een vriendin koop je een milkshake voor €2,50, twee ijsjes van €2,25 per stuk, een cola voor €1,75 en een zak chips voor €1,65
Hoeveel geef je gemiddeld uit per persoon?

Slide 9 - Open question

Slide 10 - Slide

Een consumentenorganisatie heeft tablets getest. Daarbij is gelet op de prijs en kwaliteit van de verschillende merken. Hoe heet zo'n onderzoek volgens het boek?
A
Onderzoek van producten
B
Productonderzoek
C
Prijs/kwaliteitstest
D
Vergelijkend warenonderzoek

Slide 11 - Quiz

Yola maakt bijna al haar kleding zelf. Ze vindt het leuk en hoeft er niet veel geld aan uit te geven.

Hoe noem je het als je zelf dingen maakt voor je eigen gebruik?

Slide 12 - Open question

Je krijgt €3,50 zakgeld. Je vriend Arno heeft €4,- zakgeld, Björn krijgt €2,50 en Chris en Dirk krijgen elk €4,50.

Hoeveel zakgeld krijgen jullie gemiddeld?

Slide 13 - Open question

Jij hebt al jaren dezelfde telefoon. Een klasgenoot heeft altijd de nieuwste iPhone. Dit heeft vooral te maken met verschil in:
A
Geslacht
B
Budget
C
Leeftijd
D
Smaak

Slide 14 - Quiz

Als jij een bepaald merk telefoon wilt omdat jouw vriendin die ook heeft, noemen we dit: ?

Slide 15 - Open question

De prijs van een t-shirt is €19. In de uitverkoop krijg je 65% korting.

Bereken de prijs in de uitverkoop.

Slide 16 - Open question

Welk merk heeft de beste prijs- en kwaliteitsverhouding?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 17 - Quiz

Wat hoort bijelkaar?
Gezond en veilig
Controle
Product in orde
Deugdelijk product
NVWA
Warenwet

Slide 18 - Drag question

>Daarnaast mogen producten niet schadelijk zijn voor je gezondheid, dit staat voor onze veiligheid in de warenwet.

>De NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) controleert of dit ook zo is.


>Als jij een product koopt, dan moet dat product (bij normaal gebruik) gewoon eventjes meegaan. Vooral als het een wat duurder product is. Dit noemen wij een deugdelijk product. Daarnaast hebben wij op veel producten garantie. Op elektronische apparaten moet je volgens de Europese wet minimaal twee jaar garantie hebben.

Slide 19 - Slide

Maud heeft een maandbegroting gemaakt.
Inkomsten: zakgeld €19,50, oppasgeld €15,-
Uitgaven: schoolkantine €10, sport €9 en tijdschrift €4,50

Hoeveel zakgeld krijgt ze per week?

Slide 20 - Open question

Maud heeft een maandbegroting gemaakt.
Inkomsten: zakgeld €19,50, oppasgeld €15,-
Uitgaven: schoolkantine €10, sport €9 en tijdschrift €4,50

Hoeveel houd ze per maand over of heeft ze tekort?

Slide 21 - Open question

Wat hoort bijelkaar?
Huishoudelijke uitgaven
Incidentele uitgaven
Vaste lasten
Abbonement
Snacks
Kleding
Nieuwe telefoon
Kapper
Contributie

Slide 22 - Drag question

Ruben wil een crossfiets. Hij heeft een mooie gezien voor €189 euro. Het komende halfjaar gaat hij er elke maand een bedrag voor opzij zetten. Bereken welk bedrag Ruben elke maand moet reserveren.

Slide 23 - Open question

Woensdag de toets!
Vergeet je rekenmachine niet!
Schrijf altijd de berekeningen op!
Rond goed af!

Oefen hier thuis nog even op!

Bij vragen: stuur me een mailtje!

Slide 24 - Slide

Wat vind je tot nu van mijn lessen? (je naam wordt niet meegenomen in deze vraag, dus wees eerlijk!)

Slide 25 - Open question