NT2 Scheidbare werkwoorden

• NT2
• ISK

NT2 Scheidbare werkwoorden

Scheidbare werkwoorden zijn werkwoorden die je uit elkaar kunt halen.

Voorbeeld: opeten --> op/eten.

af + wassen =...........

mee + nemen =........

op + bellen = ...............

Wat is een scheidbaar werkwoord?

1. op
2. ruimen
3. opruimen

Wat is een scheidbaar werkwoord?

1. af
2. wassen
3. afwassen

Wat is een scheidbaar werkwoord?

1. in
2. vullen
3. invullen

Zoek het scheidbare werkwoord in de zin.

Hij eet de chocolade op

1. hij
2. de chocolade
3. op
4. eet op

Zij doet de lamp aan.

1. zij
2. doen
3. aandoen
4. de lamp

Het meisje trekt haar kleren aan.

1. trekt aan
2. het meisje
3. trekt
4. haar kleren

Ik ruim de kleding op.

1. ruim
2. op
3. de kleding
4. ruim op

Hij staat 's ochtends om 8 uur op.

1. staat
2. 's ochtends
3. op
4. staat op

Wat is het hele werkwoord?

Ik doe de computer uit.

1. doen
2. uitdoen
3. de computer
4. uit

Zij wast de glazen af.

1. de glazen
2. afwassen
3. af
4. wassen

De jongen pakt zijn cadeau uit.

1. pakken
2. cadeau
3. jongen
4. uitpakken

De leerkracht geeft elke dag les.

1. lesgeeft
2. leerkracht
3. geven
4. lesgeven

Ik hang mijn jas op aan de kapstok.

1. ophangen
2. hangen
3. aanhangen
4. kapstok

scheidbaar werkwoord

Hij.............de wc ........
(schoonmaken)

Zij.........het boek.......
(opruimen)

Hij …… zijn fles water …… na de turnles. (opdrinken)

Wij..........het licht..............
(aandoen)