This lesson contains 20 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Structuur
Textuur
Patroon
Slide 1 - Slide
Structuur, Textuur en Patroon
Klas 2
2. Lesdoel
Leerlingen begrijpen en herkennen de begrippen structuur, textuur en patroon en passen deze bewust toe in hun eigen werk.
3. Benodigdheden
🎨 Papier, potlood, fijnliners
4. Lesopbouw
🔹 Start (15-20 min) – Introductie
🔹 Opdracht (60 min) – Zelfstandig werken
🔹 Afsluiting (10 min)
Slide 2 - Slide
Structuur
Bijvoorbeeld de nerven van een blad
Of de schubben van een vis
De structuur van stof is opgebouwd uit draden
Andere woorden voor structuur zijn: opbouw, samenstelling of ordening.
Structuur is de manier waarop iets in elkaar zit.
Een groter geheel materiaal bestaat vaak uit verschillende kleine delen.
Die samenstelling van materiaal noem je STRUCTUUR.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Verschillende soorten structuren
Natuurlijke structuren
Kunstmatige structuren
Slide 6 - Slide
Natuurlijke Structuren
Kunstmatige Structuren
Slide 7 - Drag question
Textuur
Ieder voorwerp heeft een oppervlak dat je kunt zien én voelen.
Voorbeelden van Textuur zijn harig, stekelig of glad.
Hoe voelt dit?
En dit?
Hoe voelt dit aan?
Slide 8 - Slide
Wat is Textuur?
Textuur is de oppervlakte van alles we kunnen zien en voelen. De tafel heeft bijna geen textuur want die is vlak en glad, maar de schors van een boom wel want die is ruw en grof. De vacht van een vos is weer zacht en harig. Maar hoe kan je nou in een tekening laten zien of iets zacht of juist stekelig aan voelt?
Slide 9 - Slide
Regelmatige of onregelmatige textuur
Als de deeltjes in een textuur even groot zijn, en steeds op dezelfde manier herhaald worden, spreek je van een regelmatige textuur; bijvoorbeeld in een rieten mand.
Maar een stuk boomschors bijvoorbeeld heeft een toevallige, onregelmatige textuur.
Slide 10 - Slide
Stofuitdrukking
Als je zo'n textuur namaakt in een ander materiaal, dan heet dat stofuitdrukking.
Je probeert bijvoorbeeld haren zo te tekenen, schilderen of boetseren dat het net echt lijkt. Je kunt je voorstellen hoe het in werkelijkheid aanvoelt
Slide 11 - Slide
Patroon
Als je een vorm steeds herhaalt, dan noem je dat een patroon.
Welke vorm zie je hier steeds terugkeren?
Patronen kunnen ook toevallig ontstaan.
De kunstenaar Escher maakte op bijzondere wijze gebruik van patronen.
Slide 12 - Slide
Samenvattend...
Structuur
Textuur
Stofuitdrukking
Patroon
Slide 13 - Slide
ARCEREN
Veel lijnen naast en/of over elkaar getekend.
Er zijn vele soorten:
Parallel arcering, lijntjes naast elkaar
Kruis arcering, Lijntjes kruisen elkaar
Vrije Arcering: willekeurige lijntjes
Bekijk het filmpje op de volgende dia
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Video
Oefening 1
Maak het werkblad ARCEREN.
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
www.google.com
Slide 18 - Link
OPDRACHT:
Maak een tekening van 10X5 cm en "vul" deze helemaal in met allerlei soorten structuren en patronen.
Slide 19 - Slide
Next lesson...
voorOpdracht culturele patronen:
Neem 3 duidelijke en tastbare (uitgeprinte) afbeeldingen mee van culturele patronen die je persoonlijk inspireren.
