6.3 bevruchting

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

bs 1.3 metamorfose

Welkom

• Ga rustig zitten volgens de plattegrond
• Op je tafel: laptop, etui en biologie schrift 
• Laptops blijven dicht
• Wanneer de les start ben je stil
• Aantekeningen in je schrift

6.3. Bevruchting

Leerdoelen:

- Verschil tussen bestuiving en bevruchting kennen.

- Weten hoe zaden ontstaan en uit welke delen ze bestaan

Bestuiving

Het overbrengen van stuifmeel op de stempel van een bloem.

Vind alleen plaats als stuifmeel terecht komt op de stempel van dezelfde soort bloem.

 Zelfbestuiving 

Kruisbestuiving

of

A

B

C

Bevruchting

Stuifmeelkorrel = mannelijk

Vruchtbeginsel = vrouwelijk

Zaadbeginsel bevat eicel (V)

stuifmeelbuis

- vruchtbeginsel

Uit stuifmeelkorrel groeit stuifmeelbuis 

Stuifmeelbuis groeit tot aan zaadbeginsel

Bevruchting

1Stuifmeelbuis bereikt zaadbeginsel

top barst open

kern van stuifmeelkorrel zakt 

Eicel is bereikt en beide kernen versmelten samen. 

Versmelten van kern (m) cel en (v) cel = Bevruchting

Bevruchting

1. Na het ontstaan van de stuifmeelbuis barst de top open.

2. De kern van het stuifmeel zakt door de buis naar het zaadbeginsel

3. De kern van het stuifmeel en van de eicel smelten samen > bevruchting

De bevruchte eicel bevat nu chromosomen van twee geslachtscellen

Van bloem tot zaadje

1. Na de bevruchting gaat de eicel delen.

2. Uit een bevruchte eicel groeit een kiem.

3. Het zaadbeginsel groeit uit tot een zaadje.

Onder de juiste omstandigheden groeit het zaadje uit tot een nieuwe plant

Aan de slag

Basisstof 6.3 maken opdracht 1 t/m 3 en 5 t/m 9

Klaar? 

- maak een samenvatting van 6.3