Thema 3: Bloedsomloop BS 5

Welkom!
Stil zijn als de timer afloopt!


timer
0:30
1 / 41
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom!
Stil zijn als de timer afloopt!


timer
0:30

Slide 1 - Slide

BS 5: Het immuunsysteem

Slide 2 - Slide

Immuniteit

Wat is immuniteit?

Afweer tegen ziektes


Slide 3 - Slide

Infectieziekten
  • Infectieziekten zijn ziekten die worden veroorzaakt door micro-organismen (bacteriën, virussen, schimmels of parasieten). 
  • Bacterie: levend wezen, een infectie is te bestrijden met een antibiotica
  • Virus: een deeltje erfelijk materiaal omhuld door een eiwit, er is geen medicijn tegen het virus zelf

Slide 4 - Slide

Bacteriën, virussen en schimmels
Sommige bacteriën en schimmels zijn goed, maar soms zijn ze slecht (>ziekteverwekkers) en veroorzaken ze een infectie 



    E. coli  (bacterie)                   Coronavirus          Griepvirus                                      Candida schimmel

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

  • Antigeen= eiwit (slot) op een lichaamsvreemde stof zoals een bacterie
  • Antistof= stof (sleutel) die een lichaamscel aanmaakt om het antigeen onschadelijk te maken

Slide 7 - Slide

  • Natuurlijke immuniteit=
  • Zelf verworven immuniteit doordat je de ziekte zelf gehad hebt (bijv. waterpokken)

  • Kunstmatige immuniteit
  • Verkregen immuniteit door het inspuiten van een vaccin.
  • Een vaccin bestaat uit een dode of verzwakte ziekteverwekker (antigenen)

Slide 8 - Slide


Antigeen= eiwit (slot) op een lichaamsvreemde stof zoals een bacterie
In welke tekening is de ziekteverwekker het MINST schadelijk
A
Tekening 1
B
Tekening 2
C
Tekening 3

Slide 9 - Quiz


Antigeen= eiwit (slot) op een lichaamsvreemde stof zoals een bacterie
Welke letter stelt een antistof voor?
A
P
B
Q
C
R

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

Je eigen lichaam
Ook onze cellen hebben antigenen in het celmembraan, zo herkent je lichaam welke cellen van jou zijn en welke cellen lichaamsvreemd zijn.

Dit kan helaas ook fout gaan. Bijvorbeeld met een auto-immuunziekte valt je afweersysteem je eigen lichaam aan. Je witte bloedcellen denken dan dat je eigen cellen lichaamsvreemd zijn en dat ze opgeruimd moeten worden.

Slide 13 - Slide

Allergie
Ook een allergie is een foutje in je immuunsysteem. Je immuunsysteem reageert dan heftig op bepaalde stoffen die eigenlijk niet gevaarlijk zijn (allergische reactie).

                                                                                                                       Anafylactische shock

Slide 14 - Slide

Een volgende keer gaan we verder met vaccineren.
Dan gaan we het ook hebben over "het corona-vaccin"

Slide 15 - Slide

Leren over vaccineren

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Infectie
Stap 1: Opeten                                             Stap 2: antistoffen maken.
(langzame bestrijding).                          (snelle bestrijding)
               

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Tegen welke ziektes wordt je ingeeint bij de DKTP-prik
A
Difterie, Kinkhoest, Tetanus, Pneumokokken
B
Difterie, Kinkhoest, Tetanus, Polio
C
Difterie, Kanker, Tetanus, Pneumokokken
D
Difterie, Kinkhoest, Tyfus, Polio

Slide 20 - Quiz

Alleen voor meisjes is het zinvol om de HPV-vaccinatie (in de volksmond de baarmoederhals-prik) te halen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quiz

Noem 1 nadeel van vaccineren

Slide 22 - Mind map

Slide 23 - Slide

Ziekteverwekkers
schimmels

Slide 24 - Slide

Waaraan dankt het Corona virus zijn naam? Waarom heet het zo?
A
Omdat het lijkt of het virus een kroontje of een krans draagt
B
Omdat het is begonnen in Mexico
C
Het lijkt op een Corona biertje uit Mexico
D
Het is gewoon een verzonnen naam

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Video

Virussen zijn nog kleiner dan één cel!
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quiz

Welke dieren dragen de meeste virussen bij zich?
A
Ratten
B
Chimpansees
C
Vleermuizen
D
Kakkerlakken

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Slide

Als je een virus hebt gehad, kun je het daarna niet meer krijgen.
Hoe noem je dit ook wel?
A
Vaccinatie
B
Immuniteit
C
Diversiteit
D
Puberteit

Slide 30 - Quiz

Wat zijn onze wapens tegen virussen?
A
De huid & rode bloedcellen
B
De lever & witte bloedcellen
C
De lever & rode bloedcellen
D
De huid & witte bloedcellen

Slide 31 - Quiz

Slide 32 - Video

Vaccinaties (kunstmatige immuniteit)
Een injectie dat bestaat het uit delen van een virus of bacterie of een verzwakte versie. Je lichaam wordt er niet of nauwelijks ziek door, maar je witte bloedcellen leren ze zo wel herkennen en onthouden!

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Link

Immuniteit
Vaak word je maar één keer ziek van een ziekteverwekker. Je witte bloedcellen kunnen onthouden welke antistoffen ze moeten maken, je wordt zo immuun (kunt niet meer ziek worden).

Kunstmatig  en natuurlijk

Slide 36 - Slide

Maar waarom heb je toch steeds een verkoudheid of een griepje?
Sommige virussen veranderen bijna nooit, sommige virussen veranderen helaas heel snel. 

Slide 37 - Slide

Zijn goedgekeurde en geteste vaccins gevaarlijk?
A
Nee
B
Nee
C
Nee
D
Nee, maar... Nee.

Slide 38 - Quiz

En tot slot: zijn vaccinaties gevaarlijk?
Kort antwoord: Nee. 

Lang antwoord: Nee, ze zijn zorgvuldig getest en onderzocht. Maar net als heel veel andere stoffen kun je er bijvoorbeeld een allergische reactie op krijgen. 

Nog langere antwoord: Nee, want:
(4.00 t/m. het einde):

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Video

Slide 41 - Link