3.2 Kustgebieden

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

3.2 Kustgebieden

Littorale zone

• Waar het land de zee ontmoet
  - tussen laag- en hoogwater
• Morfologie
  - Kustlijn
  - Golven en erosie
  - Substraat
  - Organismen

Rotskust

• Kliffen of vlakke rotsen
• Wisselende temperaturen, golven en blootstelling aan lucht
• Hoge biodiversiteit

Zandkust

• Silicum, gravel en schelpen
  - Erosie van zandsteen en dumpen van sediment door golven
• Substraat verplaatst constant, onstabiel
  - Organismen leven in zand

Modderige kust

• Beschermde gebieden
  
• Vlak
  
• Geen erosie en weinig beweging water

Riviermonding

• Zoet en zout water mixen: brak
  
• Troebel water met veel sedimenten
  
• Baai, lagune, fjorden
  

Delta

• Driehoekige vorm
  
• Rivier wijder bij zee, daardoor langzamer
  
• Sedimenten zakken naar bodem
  
• Vormen zandbanken en eilanden, vorm van boom
  

Mangroven

• In kust- en riviermonding gebieden
  , tussen 25°N en 25°Z 
• Kunnen goed tegen zoute omstandigheden
  - Wortels laten weinig zouten door
  - Zout verwijderen door bladeren 
• Weinig zuurstof in bodem
  - Wortels boven het water
  - Wortels vormen snorkels 
• Beschermen kust tegen schade door stormen
  
• Veel organismen leven tussen wortels
  
• Bouwen de kust op door sediment vast te houden
  

Werkcollege

• Blue Planet - Coasts (werkblad toevoegen aan map)
• PO: artikel lezen, belangrijke zaken markeren, toevoegen aan je mapje