les 7

les 7
Werkwoorden in de 
tegenwoordige tijd
verleden tijd
1 / 21
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 8

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

les 7
Werkwoorden in de 
tegenwoordige tijd
verleden tijd

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

'T KoFSCHiP X
Ik haal van het hele werkwoord -en af
Is de laatste letter een letter uit 'T KoFSCHiP X?
Ja--> Ik schrijf ik-vorm + te(n)
Nee --> Ik schrijf ik-vorm + de(n)

Slide 3 - Slide

grazen
Ik haal van het hele werkwoord -en af
graz
Is de laatste letter een letter uit 'T KoFSCHiP X?
Nee --> Ik schrijf ik-vorm + de(n)

graasde

Slide 4 - Slide

Peinzen
Letter in het 'T KoFSCHiP X?
A
ja
B
nee

Slide 5 - Quiz

Schrijf op de ik-vorm van peinzen
daarachter de

Slide 6 - Open question

sprinten
Letter in 'T KoFSCHiP X?
A
ja
B
nee

Slide 7 - Quiz

Vul in de ik-vorm + te
sprinten

Slide 8 - Open question

Het voltooid deelwoord
is het nu gegraasd of gegraast?
is het nu gepeinsd of gepeinst?
Is het nu gesprind of gesprint?

Ook hier gebruik je 'T KoFSCHiP X

Slide 9 - Slide

knippen
'T KoFSCHiP X

A
ja
B
nee

Slide 10 - Quiz

knippen
voltooid deelwoord

Slide 11 - Open question

kennen
Voltooid deelwoord

Slide 12 - Open question

dweilen
voltooid deelwoord

Slide 13 - Open question

dictee

Slide 14 - Slide

1 hij is....

Slide 15 - Open question

2 informatie van vroeger vind je in

Slide 16 - Open question

3 .... was moeilijk

Slide 17 - Open question

4 denk aan het voltooid deelwoord

Slide 18 - Open question

5 De zin

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Link

Aan de slag
blz. 19
timer
1:00

Slide 21 - Slide