- Vijf fouten/correcties kunnen opnoemen van een handstand
- 4-3-3 systeem bij voetbal kunnen uitleggen
- Het juist positie kiezen bij een zoneverdediging
- De techniek van de schoolslag kunnen analyseren
Cognitieve doelstellingen
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
- Plezier beleven aan sportbeoefeningen
- Kunnen omgaan met winst en verlies
- Bij het 'niet lukken' doorzettingsvermogen tonen
- Een beslissing van de scheidsrechter kunnen accepteren
Sociaal-affectieve doelstellingen
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Geef een voorbeeld van een motorische doelstelling
Slide 16 - Open question
Geef een voorbeeld van een cognitieve doelstelling
Slide 17 - Open question
Geef een voorbeeld van een sociaal affectieve doelstelling
Slide 18 - Open question
- Aanleren van de schoolslag
- Verbeteren van positiespel
- Aanleren van de lay-up
- Verbeteren van het samenspel
Korte termijn doelstellingen
Altijd te maken met aanleren / verbeteren
Slide 19 - Slide
Volleybaltechniek verbeteren --> De bovenhandse techniek bij volleybal kunnen uitvoeren
Een duurloop kunnen lopen -->
Duurloop van 10km over een sterk wisselend parcours kunnen lopen
Algemeen --> Concreet
Slide 20 - Slide
Voor het concreet beschrijven van doelen gebruiken we de vier stappen:
Formuleren...
1. Bewegingsvorm
2. Waarneembaar eindgedrag
3. Voorwaarden/omstandigheden
4. Minimumprestatie (kwalitatief/kwantitatief)
Slide 21 - Slide
De deelnemers kunnen een wreeftrap uitvoeren
De deelnemers kunnen een duurloop van 10km lopen
De deelnemers kunnen een voorwaartse salto springen
1. Bewegingsvorm
Slide 22 - Slide
De deelnemers kunnen een wreeftrap uitvoeren
De deelnemers kunnen een duurloop van 10km lopen
De deelnemers kunnen een voorwaartse salto springen
2. Waarneembaar eindgedrag
Slide 23 - Slide
De deelnemers kunnen de wreeftrap als voorzet toepassen
De deelnemers kunnen een duurloop van 10km over een sterk wisselend parcours lopen
De deelnemers kunnen een voorwaartse salto uit aanloop met afzet van een minitramp springen
3. Voorwaarden/omstandigheden
Slide 24 - Slide
Deelnemers kunnen de wreeftrap als voorzet uitvoeren, waarbij het standbeen telkens goed naast de bal wordt geplaatst.
De deelnemers kunnen een voorwaartse salto uit een aanloop met afzet van een minitramp springen, waarbij met twee benen wordt afgezet en de landing tot stabiele stand plaats vindt.
4. Minimumprestatie
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Wat is een voorbeeld van een bewegingsvorm?
A
5 van de 10 zijn raak
B
Vanaf de baseline
C
Wreeftrap
D
Uitvoeren
Slide 27 - Quiz
Wat is een voorbeeld van waarneembaar eindgedrag?
A
Standbeen naast de bal
B
10 kilometer
C
Bovenhandse opslag
D
Lopen
Slide 28 - Quiz
Welke stap ontbreekt er voor een concrete doelstelling:
De deelnemers kunnen een schoolslag zwemmen, waarbij er een lange uitdrijf-fase is.
A
Bewegingsvorm
B
Waarneembaar eindgedrag
C
Voorwaarde/omstandig-heid
D
Minimumprestatie
Slide 29 - Quiz
Welke stap ontbreekt er voor een concrete doelstelling:
De deelnemers zwemmen naar de overkant zonder armen te gebruiken.
A
Bewegingsvorm
B
Waarneembaar eindgedrag
C
Voorwaarde/omstandig-heid
D
Minimumprestatie
Slide 30 - Quiz
Welke stap ontbreekt er voor een concrete doelstelling:
De deelnemers kunnen de bovenhandse volleybaltechniek in een driehoeksopstelling demonstreren.
A
Bewegingsvorm
B
Waarneembaar eindgedrag
C
Voorwaarde/omstandig-heid
D
Minimumprestatie
Slide 31 - Quiz
Formuleer een doelstelling voor de sport: Turnen
Slide 32 - Open question
Formuleer een doelstelling voor een sport die iets met water te maken heeft.
Slide 33 - Open question
Kies zelf een sport en maak voor deze sport een doelstelling.
Slide 34 - Open question
Doelen
Je weet wat doelstellingen zijn en waarom deze belangrijk zijn;
Je kunt de plek van doelstellingen in het didactisch model uitleggen;
Je kunt de soorten doelstellingen benoemen en uitleggen;
Je kunt kortetermijndoelstellingen formuleren.
Slide 35 - Slide
Geef je zelf een score m.b.t. jouw eigen kennis van doelstellingen