Vaccineren

1 / 32

Slide 1: Slide

BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with text slides and 5 videos.

Lesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat gaan we de komende tijd behandelen?

Slide 2 - Slide

Vaccineren

Slide 3 - Slide

Wel doen / niet doen?

Bedenk voor / nadelen

Slide 4 - Slide

Waar tegen?

Slide 5 - Slide

Wat doet een vaccin?

Slide 6 - Slide

Maar eerst...

Hoe wordt je ziek?!

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Kan je ziektes voorkomen?

allemaal..?

altijd..?

Slide 10 - Slide

Afweer helpen opbouwen

Of niet..?

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Welke vaccins krijg je zoal..?

Zoek dit samen op!

Gebruik een betrouwbare bron (b.v. RIVM)

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Infecties

Slide 15 - Slide

Schimmel:

Kan gifstoffen afgeven

Bacterie:

Kan giftige stoffen afgeven, gevolg: ontsteking

Virus:

Dringen je cel binnen
Geven opdracht meer virus deeltjes te maken
Cel knapt open
Virus neemt meer cellen over

Slide 16 - Slide

Verloop infectieziekten

Incubatie:

Je kan andere mensen op dit moment besmetten

Diagnose:

Arts stelt vast welke ziekte je hebt

Prognose

Arts stelt vast hoe lang je ongeveer ziek zal zijn

Slide 17 - Slide

Ziek: wat nu?

Wat doet je lichaam?

Je lichaam een handje helpen/beschermen...

Slide 18 - Slide

Immuunsysteem

Witte bloedcellen:

Vreetcellen:

Eten ziekteverwekker op
Gaan dood
Pus of etter (dode ziekteverwekker en vreetcel)

Slide 19 - Slide

Immuunsysteem

Witte bloedcellen:

Antistofcellen:

Herkennen antigenen aan de buitenkant van de ziekteverwekker
Maken antistoffen die passen op de antigenen
Koppelen ziekteverwekkers aan elkaar

Geheugencellen:

Bij een nieuwe besmetting herinneren deze cellen hoe de antistoffen eruit moeten zien
Snellere immuunreactie

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Genoeg voor vandaag

Slide 22 - Slide

Welkom

Slide 23 - Slide

Opdracht

Slide 24 - Slide

Filmpje

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Vaccineren/immuniteit

Hoe zit dat?

Slide 27 - Slide

Antigeen= eiwit (slot) op een lichaamsvreemde stof zoals een bacterie

Antistof= stof (sleutel) die een lichaamscel aanmaakt om het antigeen onschadelijk te maken

Slide 28 - Slide

Antistoffen

Witte bloedcellen maken antistoffen
Antistoffen 'passen op' antigenen
Elk antigen heeft eigen antistof
Ziekteverwekkers kunnen niks meer

Slide 29 - Slide

Immuniteit

Immuun = Lichaam 'kent' de ziekte, de ziekte wordt snel uitgeschakeld. Je wordt niet ziek

Natuurlijk

Je lichaam komt in

aanraking met de ziekte

Lichaam 'leert' zelf

antistof aanmaken

Kunstmatig

Inenten met dode/verzwakte ziekte

lichaam 'leert' veilig antistof aanmaken

Slide 30 - Slide