Thema 4: Koken (woordenschat boek 2)

Thema 4: Koken
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Thema 4: Koken

Slide 1 - Slide

Wat is de betekenis van het woord 'Mineraalwater'?
A
Kleine hoeveelheid vloeistof
B
Uit olijven geperst vloeistof
C
IJs met vruchten
D
Water uit een bron dat in flessen wordt verkocht

Slide 2 - Quiz

Sterke drank over een gerecht gieten en aansteken
A
Geroosterd
B
Scheutje
C
Flamberen
D
Bedienen

Slide 3 - Quiz

Wat is de betekenis van het woord 'brunch'?
A
Wat te maken heeft met koken
B
Combinatie van ontbijt en lunch
C
Uit meerdere onderdelen bestaand
D
Zonder vlees of vis

Slide 4 - Quiz

Wat is een 'vinoloog'?
A
Een glazen schenkkan
B
Een nagerecht
C
Een klein beetje
D
Een wijnkenner

Slide 5 - Quiz

'Bella is vegetarisch'
A
Bella eet geen groenten
B
Bella eet alles
C
Bella eet geen vlees of vis
D
Bella drinkt geen alcohol

Slide 6 - Quiz

Wat betekent het woord 'samenstelling'?
A
Uit meerdere onderdelen bestaand
B
Stof die in iets zit
C
Uit olijven geperste olie
D
Kleine hoeveelheid vloeistof

Slide 7 - Quiz

'Een glazen schenkkan'
A
Sorbet
B
Aroma
C
Snufje
D
Karaf

Slide 8 - Quiz

Vul het juiste woord in:

'Ik heb dit ...... uit een kookboek'
A
Bestek
B
Recept
C
Aroma
D
Snufje

Slide 9 - Quiz

'Kaart waarop een lijst staat met eten en drinken dat je in een restaurant kan bestellen'
A
Tosti
B
Dessert
C
Aroma
D
Menukaart

Slide 10 - Quiz

Wat is een ander woord voor
'een geroosterde boterham met ham en/of kaas'?

Slide 11 - Open question

Wat is de betekenis van het woord 'sorbet'?
A
IJs met vruchten
B
Nagerecht, toetje
C
Lekker
D
Klein beetje

Slide 12 - Quiz

'Iets met een laagje paneermeel bedekken waardoor er bij het bakken een krokant korstje op komt'
A
Flamberen
B
Bedienen
C
Roosteren
D
Paneren

Slide 13 - Quiz

Wat betekent het woord
'culinair'?
A
Wat te maken heeft met koken
B
Op een rooster gebraden
C
Kleine hoeveelheid vloeistof
D
Uit olijven geperste olie

Slide 14 - Quiz

Wat is een ander woord voor 'smakelijk'?
A
Smerig
B
Lekker
C
Zoutig
D
Zoet

Slide 15 - Quiz

BONUSVRAAG

Wat is een ander woord voor 'bestanddeel'
A
Bestek
B
Ingrediënt
C
Dessert
D
Gerecht

Slide 16 - Quiz

SUCCES BIJ DE TOETS!

Slide 17 - Slide