LEZEN / les 3 / H2.1 / De opbouw van een tekst

Lezen 3

De opbouw van een tekst
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Lezen 3

De opbouw van een tekst

Slide 1 - Slide

Vooraf:

  • Elke presentatie in Lessonup hoort bij een stukje lesstof uit NU Nederlands. 
  • Op de laatste slide van de presentatie vind je de bijbehorende opdrachten uit Nu Nederlands. 
  • Die opdrachten maak je in de digitale leeromgeving van Nu Nederlands.

Slide 2 - Slide

Deze Lessonup hoort bij:

  • Hoofdstuk 2, paragraaf 2.1 (NU Nederlands) *onderdeel LEZ1LEZ2*

Slide 3 - Slide

Wat leer je in deze Lessonup:

  • Kennis ophalen van de vorige Lessonup
  • Uitleg over de indeling van teksten

Slide 4 - Slide

Vorige keer:

  • Tekstdoelen: informeren, instrueren, overhalen & overtuigen
  • Voor welk publiek is een tekst bedoeld

Weet je het nog?

Slide 5 - Slide

Advertentie op Instagram.
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 6 - Quiz

Nieuwsartikel over de toeslagenaffaire.
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 7 - Quiz

Uitnodiging voor een examenfeestje.
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 8 - Quiz

Je schrijft een brief aan de gemeente over de overlast van hangjongeren in jouw straat. Je wilt dat daar tegen opgetreden wordt.
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 9 - Quiz

Indeling tekst : titel
  • De titel verraadt al veel
  • Het trekt de aandacht; ga je de tekst lezen of niet?
  • De titel noemt vaak al het onderwerp

Slide 10 - Slide

Indeling tekst: inleiding
  • Eerste deel van de tekst
  • Het onderwerp wordt geïntroduceerd
  • Vanaf de eerste zinnen weet je waarover de tekst gaat
  • Bestaat meestal uit één alinea

Slide 11 - Slide

Indeling tekst: middenstuk
  • De verschillende kanten van een onderwerp komen aan de orde
  • Dit gebeurt met behulp van deelonderwerpen
  • Bijvoorbeeld: een tekst over phishing
  • Deelonderwerpen kunnen dan zijn: gevaarlijke e-mails, criminaliteit, financiële schade, aangifte doen bij de politie, etc.

Slide 12 - Slide

Wat is een deelonderwerp?
A
Verschillende dingen die over het onderwerp verteld worden.
B
Als er 2 onderwerpen in een tekst zitten.
C
Als de tekst niet echt een onderwerp heeft.
D
Een ander woord voor onderwerp.

Slide 13 - Quiz

Indeling tekst: slot
  • Laatste alinea van een tekst
  • Het belangrijkste uit de tekst wordt nog eens herhaald of samengevat

Slide 14 - Slide

Waar vind je de deelonderwerpen in een tekst?
A
Inleiding
B
Middenstuk
C
Slot

Slide 15 - Quiz

In welk deel van de tekst maak je kennis met het onderwerp?
A
Inleiding
B
Middenstuk
C
Slot

Slide 16 - Quiz

Wat is de juiste volgorde van een tekstindeling?
A
Inleiding, middenstuk met tussenkopjes, slot
B
Inleiding, slot, middenstuk
C
Inleiding, middenstuk met eventueel tussenkopjes, slot
D
Titel, inleiding, middenstuk met eventueel tussenkopjes, slot

Slide 17 - Quiz

Inleiding
Middenstuk
Slot
Dit deel is opgedeeld in alinea's 
Het onderwerp wordt benoemd
De lezer wordt nieuwsgierig gemaakt
Aandachttrekker: er wordt bijv. een vraag gesteld of een probleem besproken.
Een samenvatting van de tekst
Er wordt bijv. een vraag beantwoord of een oplossing bij een probleem besproken.
De tekst wordt stap voor stap uitgewerkt

Een conclusie 

Slide 18 - Drag question

Slide 19 - Slide

Wat is de juiste volgorde van deze tekst?

Slide 20 - Slide

Wat is de juiste volgorde van de tekst?
A
A-B-C-D
B
B-C-D-A
C
D-A-C-B
D
C-D-A-B

Slide 21 - Quiz

Controle voor jezelf:

  • Je weet nu dat teksten een vaste indeling hebben.
  • Je herkent de verschillende tekstonderdelen

Slide 22 - Slide

Als je NU Nederlands 2e editie gebruikt:

De opdrachten:

  • Als je alles hebt begrepen ga je zelfstandig aan de slag met de opdrachten in NU Nederlands:

Onderdeel LEZ1 , paragraaf 1.3:
Opdracht 1 - 4 & examenopdracht

Onderdeel LEZ2 , paragraaf 2.1:
Opdracht 1 - 2 - 3 & examenopdracht

Onderdeel LEZ2 , paragraaf 2.2:
Opdracht 2 - 3 & examenopdracht






Slide 23 - Slide

Als je NU Nederlands 3e editie gebruikt:

De opdrachten:

  • Als je alles hebt begrepen ga je zelfstandig aan de slag met de opdrachten in NU Nederlands:

Lezen, luisteren, kijken / paragraaf 1.2:
Extra opdracht 1 – 2.

Lezen, luisteren, kijken / paragraaf 1.4:
Opdracht 1 – 2.
Extra opdracht 1 – 2.







Slide 24 - Slide