1HV Blok 2 Grammatica

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Blok 2 Grammatica

Zinsontleding: 

• werkwoord
• werkwoordsvormen: pv/inf/vdw
• werkwoordelijk gezegde
• scheidbaar samengesteld werkwoord
  
• onderwerp

'Welk teken tekent Lisa op de muur?'
Is 'teken' of 'tekent' in deze zin het wwg?

1. teken
2. tekent

Hoe kwam jij op jouw antwoord op de vorige vraag?

Wat is het wwg in de volgende zin?
Sta jij elke dag om zeven uur op?

1. Sta
2. elke dag
3. Sta op
4. zeven uur

Welke van de volgende uitspraken is een begrijpelijke zin?

1. Gaat naar het station.
2. De meeste peuters lopen.
3. Tommie een nieuwe fiets.
4. De trein stopt.

Wat heeft een zin nodig om begrijpelijk te zijn?

Breid de zin 'Isa en Tom praten' uit met één deel. Je laat weten met wie Isa en Tom praten.

Breid de zin verder uit met het deel 'wanneer'.

Breid de zin nog een keer uit met het deel 'waar'. Bepaal zelf de volgorde van de delen.

Maak de zin langer door er één zinsdeel aan toe te voegen. Denk niet te lang na. Schrijf op wat er in je opkomt.

'Martijn werkt ... '

'Opa en oma ontvangen ... '