Dialyse

Dialyse

Onderwijs PP'ers

6-11-2018


Annabel Werumeus Buning

1 / 22
next
Slide 1: Slide
farmacokinetiekHBOStudiejaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Dialyse

Onderwijs PP'ers

6-11-2018


Annabel Werumeus Buning

Slide 1 - Slide

Wat hopen jullie tijdens deze les op te steken?

Slide 2 - Open question

Functie van de nier

Verwijderen afvalstoffen, regelen vochtbalans (regulatie bloeddruk & productie hormonen

Slide 3 - Slide

Acuut nierfalen

Oorzaken:

- prerenaal: bloeddruk vulling

- renaal:  vasculair, glomerulair, tubulointerstitieel

- postrenaal: urinewegen 

Slide 4 - Slide

Acuut nierfalen

Slide 5 - Slide

Acute interstitiële nefritis

* Oorzaak medicamenteus:

antibiotica, PPI's, NSAIDs

* Giftige stoffen

* Auto-immuunsysteem

* Specifieke infecties (HIV, CMV)

Slide 6 - Slide

Chronische nierziekte - Nierfalen

Slide 7 - Slide

Welke soort dialyse kiest men bij voorkeur bij IC patiënten?
A
Hemodialyse
B
HDF online
C
CAPD
D
CVVH

Slide 8 - Quiz

Soorten dialyse

- CAPD

- Hemodialyse

- HDF online

- CVVH


Slide 9 - Slide

Kenmerken verschillende typen

Slide 10 - Slide

CAPD - peritoneaal dialyse

* Buikvlies (peritoneum) van de patiënt gebruikt wordt als filter voor de verwijdering van afvalstoffen en overtollig vocht.


1. Spoelvloeistof loopt via katheter in buikholte.

2. Diffusie tussen bloed en spoelvloeistof.

3. Na vier uur wordt het vocht incl. afvalstoffen weer verwijderd.


Slide 11 - Slide

Hemodialyse

Slide 12 - Slide

HDF online

* Combinatie hemodialyse en hemodiafiltratie

* Teruggeven van substitutievloeistof

Slide 13 - Slide

CVVH
*Continu hemofiltratie: behandeling gaat 24 uur door
* Continue en geleidelijke verwijdering afvalstoffen
 

Slide 14 - Slide

Wat is geen indicatie voor CVVH
A
Acidose
B
Sepsis
C
Nierfalen
D
Kalium >6 mmol/L

Slide 15 - Quiz

Complicaties bij dialyse

- Hypotensie, kramp, vermoeidheid, misselijkheid

- Infectie shunt


Slide 16 - Slide

Welke farmacokinetische eigenschappen van een geneesmiddel zorgt ervoor dat een middel minder goed te dialyseren is?
A
Groot Verdelingsvolume
B
Hoge eiwitbinding
C
Klein verdelingsvolume
D
Lage eiwitbinding

Slide 17 - Quiz

Geneesmiddelen en dialyse

Geneesmiddelen die niet gedialyseerd worden:

* Gnm met groot molecuulgewicht

* Groot verdelingsvolume

* Hoog % eiwitbinding


Ook van belang bij intoxicaties!

Verdere info: knmp kennisbank en Ashley's Renal Drug Handbook

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Het alternatief: Transplantatie

* Bij blijvende nierinsufficiëntie

* Dialyse: 10-20% van de nierfunctie, transplantatie tot 50%

* Levende of dode donor

* Check op o.a. maligniteiten, cardiovasculair profiel, virussen (vanwege immunosuppressiva)


Slide 20 - Slide

Voor welke soort dialyse keurt de apotheker het dialysewater?
A
Hemodialyse
B
HDF online
C
CAPD

Slide 21 - Quiz

Wat doet de apotheek voor dialyse patiënten?


- Inkeuren dialysewater (kiemgetal en LAL test)

- Patiëntenzorg vanuit de POAP

- Bepalen spiegels (vaak vancomycine)

- Doseringsadvies

Slide 22 - Slide