7.4 Rekenen met formules

WELKOM
Als je het lokaal binnenkomt, 
1. ga je gelijk op je plaats zitten 
2. telefoon uit en niet zichtbaar
3. geen spelletjes spelen op pad
4. spullen klaarleggen:
- rekenmachine
- potlood
5. zelfstandig starten
1 / 37
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

This lesson contains 37 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

WELKOM
Als je het lokaal binnenkomt, 
1. ga je gelijk op je plaats zitten 
2. telefoon uit en niet zichtbaar
3. geen spelletjes spelen op pad
4. spullen klaarleggen:
- rekenmachine
- potlood
5. zelfstandig starten

Slide 1 - Slide

Nieuwe klasopstelling

Slide 2 - Slide

Lesprogramma
  • Welkom
  • Filmpje: motivatie + doorzettingsvermogen
  • Leerdoelen  H. 7
  • Terugblik par. 7.1 + 7.2  + 7.3
  • Instructie par. 7.4
  • Aan de slag
  • Evaluatie

Slide 3 - Slide

0

Slide 4 - Video

0

Slide 5 - Video

0

Slide 6 - Video

Lesprogramma
  • Welkom
  • Filmpje: motivatie + doorzettingsvermogen
  • Leerdoelen  H. 7
  • Terugblik par. 7.1 + 7.2 + 7.3
  • Instructie par. 7.4
  • Aan de slag
  • Evaluatie

Slide 7 - Slide

Toets H. 5


  • Toets bespreken
  • Leer van je fouten

Slide 8 - Slide

Lesprogramma
  • Welkom
  • Filmpje: motivatie + doorzettingsvermogen
  • Leerdoelen  H. 7
  • Terugblik par. 7.1
  • Instructie par. 7.2
  • Aan de slag
  • Evaluatie

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Lesprogramma
  • Welkom
  • Filmpje: motivatie + doorzettingsvermogen
  • Leerdoelen  H. 7
  • Terugblik par. 7.1 + 7.2 + 7.3
  • Instructie par. 7.4
  • Aan de slag
  • Evaluatie

Slide 11 - Slide

Regel in woorden
Een regel in woorden beschrijft hoe je iets kunt berekenen. 
Je gebruikt zoveel mogelijk woorden, dus ook de bewerkingen (+, -, x of :) en het = teken zijn woorden. Het is eigenlijk een som in woorden. 

Bijvoorbeeld
Het aantal paardenbenen gedeeld door vier is gelijk aan het aantal paarden.

Tip: Begin altijd met HET AANTAL .
         = schrijf je als IS GELIJK AAN 

Slide 12 - Slide

Pijlenketting
Een pijlenketting beschrijft met één of meer pijlen hoe je iets kunt berekenen. Boven elke pijl staat een bewerking met een getal. 

Bijvoorbeeld
Regel in woorden: Het aantal wielen keer 36 is het aantal spaken.
Pijlenketting          :          aantal wielen         x 36              aantal spaken
Regel in woorden: Het aantal uren keer 4,50 plus 5 is verdienste.
 Pijlenketting         :          aantal uren             x 4,50        ...           + 5           verdienste 

Slide 13 - Slide

Bij  IN-getal staat het begingetal.
Bij UIT-getal komt de uitkomst.

Slide 14 - Slide

Je ziet drie tafels tegen elkaar aan geschoven. Hoeveel mensen kunnen bij deze tafels zitten?
Er wordt nog een tafel aangeschoven.  Hoeveel zitplaatsen zijn er bij 4 tafels.?

Slide 15 - Slide

Tekenen

Hoe ziet een opstelling van vijf tafels eruit?


Hoeveel zitplaatsen zijn er rondom vijf tafels?


Slide 16 - Slide

Pijlenketting maken

Welke regel in woorden hoort bij deze situatie? Bereken een aantal voorbeelden. 



Wat is de bijbehorende pijlenketting?

Slide 17 - Slide

Pijlenketting maken
STAP 1: Bereen een aantal voorbeelden
Bij 3 tafels hoort 3 x 2 + 4 = 10 zitplaatsen
Bij 4 tafels hoort 4 x 2 + 4 + 12 zitplaatsen
Bij 5 tafels hoort 5 x 2 + 4 = 14 zitplaatsen

STAP 2: Regel in woorden

HET AANTAL TAFELS KEER TWEE PLUS VIER IS GELIJK AAN HET AANTAL ZTPLAATSEN.


STAP 3: Pijlenketting

AANTAL TAFELS       x 2            ...         +4         AANTAL ZTPLAATSEN

Slide 18 - Slide

Hoe maak je een pijlenketting?

1. Bereken een aantal voorbeelden.
2. Schrijf de regel in woorden.
3. Maak een pijlenketting die bij deze regel in woorden hoort. 

Slide 19 - Slide

Formule
Met een pijlenketting maak je steeds berekeningen. Je kunt zo'n berekening ook opschrijven als een woordformule of kortweg een formule. 

FORMULE: een berekening met woorden (of letters). De woorden (of letters) noemen we variabelen. 

Slide 20 - Slide

Van pijlenketting naar formule.

Slide 21 - Slide

Even oefenen.

Welke formules horen bij de pijlenkettingen?

Slide 22 - Slide

Hoe maak je een formule?
Gebruik het voorbeeld.
  1. Bereken een aantal voorbeelden. 
  2. Schrijf de regel in woorden op.
  3. Maak de pijlenketting.
  4. Schrijf de formule op.

Slide 23 - Slide

Even oefenen.
Wat is de formule?
1. Bereken een aantal voorbeelden.  
2. Schrijf de regel in woorden op.
3. Maak de pijlenketting.
4. Schrijf de formule op.

Slide 24 - Slide

Lesprogramma
  • Welkom
  • Filmpje: motivatie + doorzettingsvermogen
  • Leerdoelen  H. 7
  • Terugblik par. 7.1 + 7.2 + 7.3
  • Instructie par. 7.4
  • Aan de slag
  • Evaluatie

Slide 25 - Slide

Instructie

Par. 7.4
REKENEN MET FORMULES

Maak aantekeningen op je werkblad.

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Link

3 stappen.
Hoeveel kost een klus van zeven uur?

Slide 28 - Slide

Even oefenen
Hoeveel kost een klus van zeven uur bij dit klusbedrijf?

Schrijf eerst de berekening op. 

Slide 29 - Slide

Lesprogramma
  • Welkom
  • Filmpje: motivatie + doorzettingsvermogen
  • Leerdoelen  H. 7
  • Terugblik par. 7.1 + 7.2 + 7.3
  • Instructie par. 7.4
  • Aan de slag
  • Evaluatie

Slide 30 - Slide

             ZELFSTANDIG WERKEN
GROEP 1: zelfstandig 
  • begrijpen de lesstof 
  • willen graag  zelfstandig aan de  gang                    GROEP 2: extra instructie
  • leerlingen die graag samen starten/werken en/of extra instructie willen.

AAN DE SLAG


Werkblad: 

par. 7.4  opg. 19 t/m 25 maken.

+

Nakijken


Klaar?

- Starten met par. 7.5





Slide 31 - Slide

AAN DE SLAG 
Maken op de Ipad:
- Par. 4.4
- Handtekening + score op werkwijzer noteren

Klaar? 
- Voorkennis maken

Slide 32 - Slide

timer
20:00

Slide 33 - Slide

Lesprogramma
  • Welkom
  • Filmpje: motivatie + doorzettingsvermogen
  • Leerdoelen  H. 7
  • Terugblik par. 7.1 + 7.2 + 7.3
  • Instructie par. 7.4
  • Aan de slag
  • Evaluatie

Slide 34 - Slide

Evaluatie
  • leerdoelen bereikt?
  • werkhouding?      

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Link