Gezond voedsel

1 / 19
next
Slide 1: Video
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

0

Slide 1 - Video

Geef aan welke functies de verschillende voedingsstoffen hebben!
Neem het schema over in je schrift/iPad

Slide 2 - Slide

De functies van voedingsstoffen

Slide 3 - Slide

Vetten (Lipiden)

Vetten:    Leveren energie en vitamines
- Vitamine A, D, E en K zijn alleen in vet oplosbaar

Er zijn plantaardige vetten en dierlijke vetten

- Verzadigde vetten ("verkeerd")
- Onverzadigde vetten ("oké" = gezonder)

meervoudig onverzadigde vetzuren 

enkelvoudig onverzadigde vetzuren 

Slide 4 - Slide

Koolhydraten (suikers)



Koolhydraten  
- Zetmeel: zoals in pasta, aardappelen, rijst, brood  en peulvruchten
- Suikers: zoals in fruit, snoep,  gebak en koek.


Slide 5 - Slide

Eiwitten (proteïne - peptiden) 
Eiwitten:
* leveren aminozuren (= bouwstenen voor eiwitten in cellen) 
* belangrijke bouwstof

Teveel eiwit is slecht voor de nieren 

Te weinig eiwit gedurende langere tijd:
verminderde afweer/slechte spijsvertering/minder opbouw en vervanging van spierweefsel.

Slide 6 - Slide

0

Slide 7 - Video

ESSENTIELE aminozuren

Deze kunnen niet door het lichaam aangemaakt worden omdat het lichaam niet beschikt over de noodzakelijke enzymen. 

Deze aminozuren moeten via de voeding worden opgenomen
(vis/vlees/eieren/noten/peulvruchten/soja/zuivel)

Slide 8 - Slide

NIET ESSENTIELE aminozuren


Niet-essentiële aminozuren worden in de lever gemaakt uit andere aminozuren 
(die je via jouw voedsel binnen krijgt).

Slide 9 - Slide

Vitaminen



Vitaminen

Vitamine A, D, E en K zijn in vet oplosbaar.

Vitamine B en C zijn in water oplosbaar (groenten kort koken

in klein laagje water)


- Vitamine A --> goed voor werking van de ogen

- Vitamine B 1 t/m 12 (in brood/granen/vlees) --> goed voor de werking van je zenuwstelsel

- Vitamine C (in groente en fruit) --> voor een goede weerstand

Slide 10 - Slide

Mineralen



Mineralen
- Calcium: geeft stevigheid aan de botten en gebit
- Jodium: goede werking van de schildklier
- IJzer: bouwstof voor het bloed
- Natrium: om vocht in lichaam op peil te houden

Slide 11 - Slide

Water



Water
- Zorgt ervoor dat de cellen de juiste vorm houden
- Zorgt voor vervoer
- Regelt de lichaamstemperatuur
- Oplosmiddel voor allerlei stoffen

Slide 12 - Slide

Mens en voeding



Voedingsvezels

- Stimuleren de darmen

- Voorkomen opstipatie (= verstopping)

- Verminderen diarree

- Zorgen voor een verzadigd gevoel

- Zitten in volkorenbrood, volkoren graagproducten, groente, fruit en peulvruchten

Slide 13 - Slide

Mens en voeding



Aandachtspunten nieuwe schijf van 5:

- Veel volkoren

- Minder vlees en meer plantaardig

- Genoeg zuivel

- Een handje ongezouten noten

- Veel groente en fruit

- Zachte of vloeibare smeer- en bereidingsvetten

- Voldoende vocht







Slide 14 - Slide

Allergie en intolerantie
  • Voedselallergie: afweersysteem reageert op voedsel
  • Voedselintolerantie: ongewone reactie op voedingsmiddelen

Slide 15 - Slide

Indicatoren
  • Practicum: Voedingsstoffen aantonen in voedingsmiddelen
  • Zetmeel - jodiumGlucose - FehlingVetten - Sudan 3Eiwit - Kopersulfaat en natronloogVitamine C - DCPIP
Fehlingreagens = helder blauw
Fehling + glucose =
troebel oranje
Joodopl. = geel bruin 
Jood + zetmeel = blauw/zwart

Slide 16 - Slide

Resultaten van het voedingsmiddelen practicum

Slide 17 - Slide

0

Slide 18 - Video



Slide 19 - Slide