Kijk en luistervaardigheid

• Taal in alle vakken
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Kijk en luistervaardigheid

In deze les leer je aantekeningen maken bij een stukje film. Je noteert de belangrijkste begrippen en je schrijft de definities op. 

Waarom kijk- en luistervaardigheid? 

Je leert op verschillende manieren. Niet alleen door iets te lezen. Ook door bv de vragen in je lesboek te maken of door overhoren. Maar ook door een filmpje over een onderwerp te bekijken. Hoe meer verschillende manieren je gebruikt, hoe beter je onthoudt. 

Je kunt de lln laten zien dat ze 50% leren van een filmpje, maar dus ook nog toelichten dat ze nog meer leren door er samen over te discussiëren, het delen van persoonlijke ervaringen en het uitleggen aan anderen. 

Het discussiëren kun je inzetten bij het activeren van voorkennis. 

biologie

cellen en weefsels

Vul max. 3 dingen in die je al weet over cellen of weefsels. Dat mag eigen kennis zijn of uit een biologieles komen. Als je niks weet, typ dan het woord "niks".

De docent kijkt naar de antwoorden en laat leerlingen antwoorden toelichten. Leerlingen mogen ook vragen over elkaars opmerkingen maken. Komt er weinig tot niets uit? Dan kan de docent misschien zelf nog wat vertellen. 

Schrijf nu het belangrijkste kernwoorden en de definitie ervan op

Schrijf nu het kernwoord en de definitie van dit stukje film

03:56

Wat is een tussencelstof? Vul het antwoord hier in en zet daarna het correcte antwoord in je papieren schema.

05:19

kernwoord: huidmondje

Noteer de definitie van het woord huidmondje in de 2de kolom.

kernwoorden en definities

Check of je de belangrijkste kernwoorden en definities op je blad hebt staan. Je moet waarschijnlijk nog iets aanvullen over de boomschors. Doe dit, dan kun je de quiz straks goed maken. 

noteer nu de belangrijkste woorden uit deze les

wie wat waar waarom wanneer hoe?

Je kunt niet al deze vraagwoorden gebruiken bij dit filmpje. Maar wel een aantal. Als je met deze woorden jezelf of iemand anders vragen stelt over de tekst, zul je merken dat je meer verbanden legt. 

verbanden leggen door vraagwoorden

Waarom is verbanden leggen belangrijk? Verbanden leggen betekent dat je samenhang ziet in de tekst. Als je dit ziet, is de kans minder groot dat je toetsvragen krijgt waarvan je zeg: "Dit stond niet in het boek". 

verbanden leggen

Vaak staan dingen wél in je boek als je nadenkt en jezelf vragen stelt over de stof. Het staat als het ware "verstopt" in de tekst.

Het is mij weleens gebeurd dat ik dacht dat een vraag niet in de stof stond die werd gevraagd op een toets.

ja

nee

weet ik niet

wie wat waar wanneer waarom hoe

Deze vraagwoorden heb je nodig bij het begrijpen van leesteksten en filmpjes.

Voorbeeldvragen voor je samenvatting. Als je hier antwoord op kunt geven, kun je zelf een goede samenvatting maken.

Waarvoor is de tussencelstof?

Waarom is de tussencelstof belangrijk? 

Wat is de functie van de huidmondjes? Waarom is dit belangrijk?

opdracht 1

Beantwoord de vragen met je buurman / vrouw of met een klein groepje en schrijf ALLEMAAL het antwoord bij de samenvatting.

Waarvoor is de tussencelstof?

Waarom is de tussencelstof belangrijk?

Wat is de functie van de huidmondjes? Waarom is dit?  belangrijk?

opdracht 2

Je hebt als het goed is nog meer kernwoorden en definities staan. Maak nu mondeling nog wat vragen met je buur of groepje en verwerk dit in de rest van de samenvatting. 

We gaan nu kijken wat jullie hebben opgeschreven of zelf nog weten te vertellen

Denk aan de vraagwoorden: wie wat waar wanneer waarom en hoe.

Ben je klaar voor de quiz? 

Ook dit kun je zelf maken als je een filmpje hebt gezien of een tekst hebt gelezen. Maar we doen het nu in de klas.

Quizzzzzzzzzzz !!!!!!!!!! 

Wat is een cel?

1. Daar zit een gevangene in.
2. een aandoening
3. De kleinste bouwsteen waaruit een organisme is opgebouwd
4. Een functie van een organisme.

Wie hebben er allemaal cellen?

1. Alleen mensen
2. Alleen mensen en dieren
3. mensen dieren en planten
4. Alle levende wezens.

Wat is de functie van huidmondjes bij bladeren?

1. Zo drinkt een plant.
2. Zo ademt een plant.
3. Hier worden bladkorrels aangemaakt.
4. Ze verdampen water.

Het is correct dat er bij een boom meer cellen worden aangemaakt in de LENTE

1. ja
2. nee

Wanneer zijn de cellen het lichtst van kleur?

1. in de herfst
2. in de lente
3. in de zomer
4. in de winter

In deze les heb je geleerd:

Dat je niet domweg naar een informatief filmpje moet kijken maar meer onthoudt als je de kernwoorden opschrijft.

Later kun je hier de definitie achter schrijven.

Je kunt een tekst / filmpje begrijpen door jezelf vragen te stellen met de vraagwoorden WIE WAT WAAR WAAROM en HOE.