Examentraining 1

Examentips
gericht op 
- Vraag goed lezen + begrijpen
- Biologisch onderzoek doen
- Diagrammen en/of grafieken
- Enkele oefenvragen
1 / 35
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Examentips
gericht op 
- Vraag goed lezen + begrijpen
- Biologisch onderzoek doen
- Diagrammen en/of grafieken
- Enkele oefenvragen

Slide 1 - Slide

Wat kun je het beste doen:
SAMENVATTINGEN MAKEN
Dikgedrukte woorden onder elkaar. met erachter de betekenis
Oefenen met oude examens.
Filmpjes kijken op youtube.

Slide 2 - Slide

Lesdoel
Een goed geformuleerd antwoord geven op open vragen (tijdens het examen)

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

3 stappen tot het goed formuleren van een antwoord
  1. Analyseer de vraag
  2. Uitleg van de puntwoorden
  3. Antwoord formuleren

Slide 5 - Slide

Stap 1 Analyseer de vraag.

Doe-woorden; vertellen je wat je moet doen

bv. leg uit, geef aan, bepaal, beschrijf, vul in....


Puntwoorden; waarover moet je iets vertellen

Dit zijn vakbegrippen, hier krijg je "punten" voor


Doe & Puntwoorden komen altijd uit de vraag!!!

Niet uit de inleidende tekst

Slide 6 - Slide

Stap 2, uitleg van de puntwoorden.

Wat weet je van deze vakbegrippen, schrijf dit op.

(dit is kennis die je geleerd moet hebben)

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Antwoord

Bij een middenoorontsteking ontstaat pus.

Buisjes in het trommelvlies zijn een opening naar de gehoorgang.

Dus door die buisjes kan het pus naar buiten, en zal er minder druk op het trommelvlies komen. Waardoor kinderen minder pijn hebben.


Doe Woord; Leg uit

Puntwoorden: Buisjes in het trommelvlies, middenoorontsteking

(verbindend) Signaalwoord: Dus, Waardoor





Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Antwoord

Dat komt doordat dit bloedvat bloed met zuurstof naar het hart brengt.

Dus als de bloedprop op plaats Q zit, krijgt een groter deel van het hart geen zuurstof (en sterft af).


Doe woord: leg uit;

Puntwoorden: Bloedprop, Plaats Q (plaats R)

(verbindend) Signaalwoord; Dus (als)


Slide 11 - Slide

Vraag
Muizen en ratten kunnen hun urine niet opslaan in hun lichaam. Ze verliezen daarom constant druppeltjes urine.

 

Is bij muizen en ratten geen blaas aanwezig? Of zijn er geen nieren aanwezig? Leg je antwoord uit.

Slide 12 - Slide

Antwoord
Let op: er worden hier 2 vragen gesteld met een uitleg erbij!
Vraag 1: Is er wel/geen blaas aanwezig?
Vraag 2: Zijn er wel/geen nieren aanwezig? 
Antwoord geven op beide vragen en uitleggen --> 

Geen blaas. (1p)
Er wordt wel urine gemaakt, dus er zijn nieren. De urine wordt niet bewaard in de blaas. (1p)
(2p)

Slide 13 - Slide

Onderzoek
In de biologie testen wij onderzoeksvragen door onderzoek te doen.

Je onderzoek moet je altijd opschrijven zodat iemand anders het over kan doen.

Slide 14 - Slide

De stappen van een onderzoeksverslag
Een onderzoeksverslag bestaat uit verschillende stappen. .

Slide 15 - Slide

Onderzoeksvraag
  • Dit is de vraag die je gaat onderzoeken.
  • Let op: een onderzoeksvraag is dus altijd een vraag!
  • Start de vraag altijd met: welke invloed heeft...

Slide 16 - Slide

Hypothese
  • Dit is wat jij denkt dat het antwoord is op de onderzoeksvraag.
  • Het mag geen gok zijn, hierbij gebruik je de kennis die je hebt geleerd bij biologie.

Slide 17 - Slide

Benodigdheden
  • Schrijf op welke materialen je hebt gebruikt voor je onderzoek.
  • Alle materialen moet genoteerd worden.

Slide 18 - Slide

Werkplan (methode)
  • Hier schrijf je op hoe het onderzoek uitgevoerd moet worden.
  • Soms moet je op een toets zelf een werkplan maken. Hoe je dat doet wordt nu uitgelegd.

Slide 19 - Slide

Waar let op je op als een werkplan maakt?
  • Maak twee groepen van minstens 50 per groep.
  • Maak de omstandigheden voor beide groepen gelijk op één onderdeel na. Dit onderdeel is wat je onderzoekt.
  • Bepaal hoe lang je gaat onderzoeken.
  • Bepaal hoe je het effect van je onderzoek gaat bepalen.
  • Vergelijk altijd de 2 groepen!!

Slide 20 - Slide

Onderzoek doen
Als je onderzoek doet maak je altijd twee groepen:

- Testgroep
-Controle groep

Slide 21 - Slide

Resultaten
  • Alles wat je waarneemt en uitrekent noteer je in deze paragraaf.
  • Als het kan doe je dit in een tabel en een grafiek.

Slide 22 - Slide

Conclusie
  • Hier geef je antwoord op je onderzoeksvraag met behulp van je resulataten.

Slide 23 - Slide

Diagrammen
  • Resultaten worden in diagrammen weergegeven. 
  • Op het examen moet je een staaf- en lijndiagram kunnen maken en aflezen.

Slide 24 - Slide

  • Regels voor diagrammen
  • De y-as begint altijd bij 0. Wordt in gelijke stappen ingedeeld. De eerste stap mag groter zijn, maar dan moet er wel een zaagtand bij.
  • Bij de y-as wordt een grootheid en eenheid vermeld (bv: leeftijd in jaren/ percentage zittenblijvers)
  • Dit geldt ook voor de x-as bij lijndiagrammen.
  • De staven krijgen altijd een naam via een legenda of onder de staaf.

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Ondezoek doen en rapporteren

Slide 29 - Slide

Welke letter geeft het deel aan waar stap 3 kan plaatsvinden?
A
Letter P
B
Letter Q
C
Letter R
D
Letter S

Slide 30 - Quiz

Hoe heet het vrijkomen van een eicel?

Slide 31 - Open question

Welke fase van de geboorte is in de afbeelding te zien?
A
De indaling
B
De ontsluiting
C
De nageboorte
D
De uitdrijving.

Slide 32 - Quiz

Hoe plant riet zich voort?
A
Alleen ongeslachtelijk
B
Alleen geslachtelijk
C
Zowel ongeslachtelijk als geslachtelijk

Slide 33 - Quiz

Leg uit waarom een vrouw niet zwanger kan worden als de eileiders zijn dichtgegroeid

Slide 34 - Open question

BB examen oefenen
https://biologiepagina.nl/VmboBB/2012/examen2012vmboBB.htm 

Slide 35 - Slide