Fictief verhaal schrijven

Welkom DHV3!
Deze les:
Lezen
Dilemma op dinsdag
Aan de slag: fictief verhaal
Feedbackronde

1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom DHV3!
Deze les:
Lezen
Dilemma op dinsdag
Aan de slag: fictief verhaal
Feedbackronde

Slide 1 - Slide

Lezen
Ga voor jezelf in stilte lezen. Boek uit? Maak de boekopdracht op Classroom.

timer
5:00

Slide 2 - Slide

Dilemma op dinsdag

Slide 3 - Slide

Waar sta je nu?
In één document op Classroom: stap 1, 2 en 3 

Je hebt nagedacht over jouw hoofdpersonage en de verhaallijn.



Je bent gestart met het schrijven van jouw fictieve verhaal



Slide 4 - Slide

Eisen fictief verhaal
- Eén hoofdpersoon, zelf bedacht of uit de werkelijkheid
- Je schrijf vanuit één perspectief (ik-verteller, hij/zij-verteller, alwetende-verteller)
- Je schrijf vanuit dezelfde tijd (tegenwoordige tijd OF verleden tijd)
- Er is gelet op spelling, hoofdletters en leestekens, goedlopende zinnen, etc.
- Minimaal 450 woorden voor havo
- Minimaal 550 woorden voor vwo

Je levert je verhaal uiteindelijk in via de Classroom. Dit verhaal wordt samen met een andere
schrijfopdracht beoordeeld. Je krijgt hiervoor een cijfer.


Slide 5 - Slide

Gouden tips
- Zorg ervoor dat de lezer meeleeft met de hoofdpersoon.

- Laat de lezer zelf nadenken: ‘Nee,’ fluisterde ze, terwijl de tranen in haar ogen sprongen, ‘dat kan niet waar zijn.’ -> dat werkt beter dan ‘Ze was verdrietig.’

- Verwerk veelzeggende details in je verhaal waardoor je laat blijken dat je echt weet waarover je schrijft

Slide 6 - Slide

Stap 4
Schrijf een fictief verhaal aan de hand van je bedachte hoofdpersonage en verhaallijn en de inhoud van het de gelezen artikelen. Ga hiermee verder in je document dat je hebt aangemaakt dat je eerder in Classroom hebt voor stap 1, 2 en 3.

Aan het einde van de timer heb je minimaal 250 woorden op papier staan, zodat je feedback kan krijgen op jouw stuk.
timer
20:00

Slide 7 - Slide

Feedbackronde






Waar ga je op letten?

Slide 8 - Slide

Feedbackronde
(1) Wissel van laptop met je buur

(2) Lees het verhaal

(3) Arceer of plaats een opmerking bij taalfouten: spelling, interpunctie, formulering, etc.

(4) Bedenk of het voor jou duidelijk is in welke tijd EN vanuit welk perspectief is geschreven

(5) Kun je uit het verhaal halen om welk wereldprobleem het gaat?

(6) Noteer minimaal één tip en top voor de schrijver.

timer
5:00

Slide 9 - Slide

Feedbackronde
Wissel nu de feedback met elkaar uit.

Wat geef je de schrijver mee?

Slide 10 - Slide

Welkom DHV3!
Dit blokuur:
Lezen
Inlevermoment
Fictief verhaal afmaken
Extra: oefenen met werkwoordspelling

Slide 11 - Slide

Lezen
Ga 10 minuten voor jezelf in stilte lezen. Boek uit? Maak de boekopdracht op Classroom.

timer
10:00

Slide 12 - Slide

Inleveren
Ga naar Classroom -> Schrijfvaardigheid Engagement (deel 1)

Lever hier stap 1, 2 en 3 en je kladversie met feedback in.
timer
2:30

Slide 13 - Slide

Fictief verhaal afmaken
Ga naar Classroom -> Definitieve versie fictief verhaal
Schrijf je fictieve verhaal af. Gebruik hiervoor minimaal 450 woorden.

Klaar? 
Lees je verhaal nog eens door op taalfouten en lever hem in.

Helemaal klaar? 
Ga lezen in je leesboek of werken aan de boekopdracht.
timer
20:00

Slide 14 - Slide

Extra: oefenen met werkwoordspelling
Log zo meteen in met je eigen naam.

Slide 15 - Slide

Zelfstandig oefenen
Ga naar CambiumNed en oefen met de verschillende werkwoordsoorten.


Slide 16 - Slide