Les 2 bez en pers vnw en NG

Welkom
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom

Slide 1 - Slide

Vandaag
Herhaling persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden
Naamwoordelijk gezegde

Slide 2 - Slide

Wat is een persoonlijk voornaamwoord?

Slide 3 - Open question

Persoonlijk voornaamwoord

Slide 4 - Slide

Wat is een bezittelijk voornaamwoord?

Slide 5 - Open question

Bezittelijk voornaamwoord

Slide 6 - Slide

Maken
Opdrachten 3 en 4, blz. 30 en 31

Slide 7 - Slide

Het naamwoordelijk gezegde
Je leert:
* Wat een naamwoordelijk gezegde is.
* Wat het verschil is tussen het naamwoordelijk gezegde en het werkwoordelijk gezegde.
* Hoe je het naamwoordelijk gezegde in een zin herkent.

Slide 8 - Slide

Het naamwoordelijk gezegde

Het naamwoordelijk gezegde zegt wat iemand of iets (het onderwerp) IS (of wordt of blijft).

Slide 9 - Slide

Wat is het naamwoordelijk gezegde?
In de zon zijn de beelden prachtig.
Dus het naamwoordelijk gezegde is: 

Slide 10 - Slide

Naamwoordelijk gezegde
Mijn vader is op zijn studeerkamer
Wie of wat is mijn vader = ??????

Deze zin heeft dus geen naamwoordelijk gezegde. Een naamwoordelijk gezegde neemt een toestand of eigenschap van het onderwerp aan.


Slide 11 - Slide

Wat weet je nog van zinsdelen?

Slide 12 - Open question

Tot de volgende keer!

Slide 13 - Slide