Hfdst 5.1 t/m 5.4

Marketing hoofdstuk 5
Retailmix 
6p's 
1 / 16
next
Slide 1: Slide
marketingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Marketing hoofdstuk 5
Retailmix 
6p's 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Een 
Gedifferentieerde marktstrategie
Geconcentreerde marktstrategie
Ongedifferentieerde marktstretegie

Slide 3 - Drag question

Verschillende marketingprogramma's voor verschillende marktsegmenten
1 marketingprogramma over het product voor de hele markt
1 marketingprogramma voor 1 marktsegment
Ongedifferentieerde marketing
Geconcentreerde marketing
Gedifferentieerde 
marketing

Slide 4 - Drag question

Retailmix
Wat doen we nu eigenlijk met marketing? En wat kunnen we er mee????

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Plaats
  • Moeilijk aan te passen, denk hier bij de start van je winkel goed over na
  • Is mijn doelgroep aanwezig in het gebied/ zijn ze bereid moeite te doen om naar mij toe te komen? (convenience/shopping/specialty good) 
  • Winkelformule 

Slide 9 - Slide

Product 

product = het assortiment wat je verkoopt 

Slide 10 - Slide

Kern- en randassortiment?Assortimentsbreedte en-diepte?

Productmix: alle soorten producten in de winkel 

Voeren van merken: welke merken kies jij als winkel? in welke prijscategorie/segment zit je? 

Inspelen op trends: rage ?  

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

prijs 
Alle prijsaanduidingen in een winkel noem je pricing. Pricing is een belangrijk retail instrument, omdat:
-informatie over de prijs de koop bevordert
-klanten snel en gemakkelijk willen winkelen en ze door pricing snel informatie hebben
-het vermelden van de prijs wettelijk verplicht is

Slide 13 - Slide

Elke klant heeft een andere prijsperceptie. Je kunt de volgende verschillende vormen van prijsbeleving onderscheiden:
 Goedkoop-duurbeleving: De klant vindt iets duur of goedkoop in vergelijking met ‘de prijs in zijn hoofd’ of een standaardprijs.
 Kwaliteitsbeleving: De klant wil kwaliteit kopen en wil dat terugzien in de prijs. Een kwaliteitsartikel mag wat kosten. Andersom geldt dat klanten een te lage prijs associëren met een slechte kwaliteit.
 Statusbeleving: De klant wil met een artikel status kopen. Denk maar aan een grote auto: daar wil hij voor betalen.
 Voordeelbeleving: De klant wil voordeel krijgen en is gevoelig voor aanbiedingen of kortingen op een prijs. Bijvoorbeeld drie artikelen voor de prijs van twee.
 Psychologische prijsbeleving: De klant ervaart een blouse van € 29,95 goedkoper dan een blouse van € 30

Slide 14 - Slide

Andere onderdelen die de prijs beïnvloeden 
Kostprijs: Inkoopkosten en bedrijfskosten 
Adviesverkoopprijs, verplicht vastgestelde prijs
Concurrenten
BTW: consumentenprijs is inclusief btw (B2C)  

Slide 15 - Slide

vragen ??
maken tot en met opdracht 8 (§ 5.1 t/m 5.3)

Slide 16 - Slide