7.4: Kracht en beweging

7.4
Kracht en beweging
1 / 18
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

7.4
Kracht en beweging

Slide 1 - Slide

3 eigenschappen
Een kracht heeft 3 dingen:
- Een aangrijpingspunt
- Een richting
- Een grootte

Slide 2 - Slide

Wat doen krachten?
Een kracht kan ook op drie manieren zorgen voor een verandering!
- Vorm van een voorwerp
- Snelheid van een voorwerp
- Richting van een voorwerp

Slide 3 - Slide

Eenheid van kracht
Krachten (F) meten we in Newton.
Een kracht kan je meten met een krachtmeter: bijvoorbeeld een veerunster

Zwaartekracht (Fz) bereken je door de massa in kilogram (kg) keer 10 te doen: Fz (N) = massa x 10

Slide 4 - Slide

Hoeveel Newton?
Stel je hebt een steen van 6 kg, hoeveel Newton aan zwaartekracht werkt er dan op die steen?


Stel je hebt een pak suiker van 500 gram, hoeveel Newton aan zwaartekracht werkt er dan op dat pak suiker?

Slide 5 - Slide

Krachten tekenen

Slide 6 - Slide

Kracht en versnelling
Versnelling: de aandrijvingskracht (dus bijvoorbeeld spierkracht) is groter dan de wrijvingskracht
Vertragen/remmen: de de aandrijvingskracht is kleiner dan de wrijvingskracht

Als de nettokracht 0 Newton is dan heb je een constante snelheid. 

Slide 7 - Slide

Wrijving
Welke wrijvingskrachten zijn er bij een rijdende scooter?

  • Rolwrijving
  • Luchtwrijving

Slide 8 - Slide

Rekenen met snelheid
Snelheid meten we in:
- m/s (meter per seconde)
- km/h (kilometer per uur)

dus: snelheid = afstand / tijd
v = s / t

Slide 9 - Slide

Snelheid-tijd-diagram
We kunnen een snelheid-tijd-diagram gebruiken om te bepalen of iemand versnelt/vertraagt/gelijke snelheid rijdt

Slide 10 - Slide

Snelheid omrekenen

Slide 11 - Slide

Snelheid omrekenen
36 km/h -- x1000--> 36000 m/h -- :3600--> 10 m/s

van km naar m: x 1000
van uur naar seconde: 
1 uur x 60 = 60 minuten, 60 min x 60 = 3600 seconden

Slide 12 - Slide

Snelheid berekenen
We rijden eigenlijk nooit 1 constante snelheid, dus gebruiken we vaak: gemiddelde snelheid

gemiddelde snelheid = afstand / tijd
vgem = s / t

Slide 13 - Slide

Snelheid aflezen
Snelheid kunnen we berekenen met een afstand-tijd-diagram:

Slide 14 - Slide

Hefbomen
Een hefboom heeft altijd een draaipunt, een korte en een lange arm. 
 

Slide 15 - Slide

Hefboomregel
Als twee krachten in evenwicht zijn heb je de volgende formule:

arm1 x kracht1 = arm2 x kracht2
F1 x l1 = F2 x l2

Slide 16 - Slide

4.4: Hefbomen
arma x krachta = armb x krachtb
arma = 5 meter, armb = 1 meter, krachtb = 500 N 
Hoe groot moet krachta minimaal zijn om de steen op te tillen?

Slide 17 - Slide

4.4: Hefbomen
5 x krachta = 1 x 500
krachta = 100 N
arma = 5 meter, armb = 1 meter, krachtb = 500 N 


Slide 18 - Slide