§ 10.2 Hefbomen

Welkom! 
Welkom
1 / 35
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 35 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom! 
Welkom

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat doen we vandaag?

- Huiswerk check
- Leerdoelen van par 10.2
- Instructie par 10.2
- Samen oefenen met lessonup
- Zelfstandig werken 
- Huiswerk schrijven 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

10.2 Werken met hefbomen

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

10.2 Werken met hefbomen

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

10.2 Werken met hefbomen
Een hefboom vergroot je kracht.
Een hefboom heeft altijd een draaipunt.







Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Moment = Kracht x Arm?

  • Het moment van een kracht is gelijk aan de grootte van de kracht x de lengte van de arm.
  • De arm van een kracht is de afstand tussen de werklijn van de kracht en de draai-as van de hefboom.


  • Een hefboom is in evenwicht als de som van de momenten linksom gelijk is aan de som van de momenten rechtsom.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

10.1 Werken met hefbomen
Bij hefbomen in evenwicht bepaal je altijd in deze volgorde:
1) Waar zit het draaipunt?
2) De [korte] arm van de grote kracht (in meter)
3) De grote kracht zelf (in Newton)
4) De [lange] arm van de kleine kracht (in meter)
5) De kleine kracht zelf (in Newton)

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

10.2 Werken met hefbomen

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Link

This item has no instructions

10.2 Werken met hefbomen
Enkele hefboom

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

10.2 Werken met hefbomen

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Evenwicht - voorbeelden
1
2

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

10.2 Werken met hefbomen
Dubbele hefboom

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

1: massa's omrekenen naar kg

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Moment - Moment
2
3
1

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

10.2 Werken met hefbomen
Momentenwet:

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag:
- Wat: Maak de zes opdrachten op het werkblad
- Waarom: vaardigheid werken met hefbomen
- Hoe: zelfstandig 
- Hulp: de docent
- Tijd: 15 min
- Uitkomst: presentatie oplossing
- Klaar: par 14.2 opdrachten 1, 2 en 3 maken.
timer
15:00

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

hst 10.2 "hefbomen en zwaartekracht"

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Je kunt het massamiddelpunt(zwaartepunt) in een balk bepalen.
  • Je kunt uitleggen wat het massamiddelpunt van een voorwerp is.
  • Je kunt de krachten en armen berekenen bij een hefboom in evenwicht, waarbij het massamiddelpunt niet boven het draaipunt ligt.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Zwaartepunt
Punt waar de zwaartekracht aangrijpt op een voorwerp.
Ook wel massamiddelpunt genoemd. 

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Het zwaartepunt
Ook wel het Massamiddelpunt

Slide 24 - Slide

Demo bezem
Zwaartekracht
Aangrijpingspunt
De zwaartekracht
werkt vanuit het zwaartepunt.

Het zwaartepunt is dus het aangrijpingspunt van de zwaartekracht.
Die vind je door de hulplijnen

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Massamiddelpunt (homogene balk)

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

De man weegt 70 kg. De afstand van A tot P is 1,4 m. De afstand van P tot Z is 0,75 m. Bereken hoe zwaar de houten balk is (in kg).

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Stappenplan hefboomregel en zwaartekracht

  • Zoek het draaipunt en noteer een stip.
  • Zoek beide krachten. Een kracht is de zwaartekracht.
  • Zoek beide armen. (afstanden tot het draaipunt) 
  • Pas de momentenwet toe.

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

De spierkracht is  ... x kleiner, omdat de arm van de man ... x groter is dan die van de zwaartekracht.

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

De kracht in de kabel moet dus minimaal 0,48 kN zijn.
Gebruik de momentenwet om F1 uit te rekenen. Er is evenwicht.
                          M1 = M2
                     F1 x l1 = F2 x l2
                   F1 x 2.5 = 0,8 x 1,5

                   F1 = 1,2 : 2,5 = 0,48

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Bereken in de volgende dia de benodigde kracht van de hijskraan.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Gegeven         Fz = 2.5 kN
                          l1   = 1.1 m
                          Fs = ?
                          l2  = 2.9 m
Gevraagd       Fs in Kn
Oplossing        F1 x l1 = F2 x l2
                         2.5 x 1.1 = F2 x 2.9
                              2.75 = F2 x 2.9
                      2.75 : 2.9 = 0.95 kN

                            
Fs is dus    0.95 kn

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Maak de opdrachten 1 t/m 13 van 10.2
Klaar?Maak testjezelf van 10.2
Zelfstandig aan het werk
timer
15:00

Slide 35 - Slide

This item has no instructions