Hoofdstuk 2: De Gouden Eeuw: Orientatie....Goud? of toch niet?
1600-1700 Tijd van regenten en vorsten
Slide 2 - Slide
2. De handel in de Republiek groeit
Slide 3 - Slide
Handelen
Rond 1600 waren veel Hollandse en Zeeuwse steden rijke en belangrijke handelssteden geworden.
Kooplui uit die steden kochten en verkochten producten in heel Europa. Hoe was dat zo gekomen?
Slide 4 - Slide
Daarvoor moeten we terug naar de middeleeuwen. Misschien weet je nog dat er in de Middeleeuwen verschillende steden samen gingen handelen. Zij sloten een verbond: de Hanze.
Slide 5 - Slide
1585 De val van Antwerpen
In de Nederlanden (nog onderdeel van Spanje) is Antwerpen de belangrijkste handelsstad. Maar na 1585 wordt dat Amsterdam.
Slide 6 - Slide
Oorzaken groeiende handel
Oostzeevaart: met deze handel (graan, hout, vlas) verdienden de Hollanders zo veel geld, dat deze handelsroute 'moedernegotie' werd genoemd.
--> Dat betekent: de belangrijkste handel van alle handel. Door deze handel groeide ook de nijverheid (werk) in Nederland.
Slide 7 - Slide
Door deze handel moest Amsterdam uitbreiden, de stad werd te klein voor de groeiende handel.
Slide 8 - Slide
Amsterdam=
stapelmarkt
In Amsterdam, en andere handelssteden, staan pakhuizen. Daarin worden de producten opgeslagen. Later werden deze producten ook nog bewerkt voor ze weer verkocht werden.
Slide 9 - Slide
Nijverheid
De producten worden in Nederland bewerkt. De nijverheid in Nederland profiteert hiervan. Van laken (de stof) maken ze kleding etc.
Slide 10 - Slide
De handel staat centraal
Kooplui probeerden zo veel mogelijk geld te verdienen met de handel. Deze vorm van economie= handelskapitalisme. Hierbij draait het om het maken van winst!
De winst investeren de kooplui in nieuwe schepen, producten of nieuwe vaarroutes.
Slide 11 - Slide
Op de koopmansbeurs
Op de beurs verhandelden de kooplieden hun waar en kochten ze ook nieuw waar van andere handelaren.