Na een lange onafhankelijkheidsstrijd wordt Indonesië in 1949 onafhankelijk. Hoe het bestuur van dit land eruit moet zien is nog niet helemaal duidelijk. Ondertussen roept de eilandengroep de Molukken een eigen staat uit, de RMS (de Republiek der Zuid-Molukken. De eerste Indonesische president Soekarno gaat hiermee niet akkoord en stuurt een leger naar de Molukken om orde te houden.
Veel Molukkers kiezen in de koloniale oorlog / politionele acties (1945-'49) de kant van Nederland door in het KNIL te dienen en worden dus door Indonesiërs als landverraders gezien. Daarnaast zijn de Molukken (protestants)christelijk, net als Nederland. Indonesië is islamitisch.
Daarom besluit de Nederlandse regering om 12.000 Molukkers per schip naar Nederland te halen. Wanneer de situatie weer stabiel is, zullen de Molukkers weer terug gaan naar hun vaderland. Daarom wonen zij niet in normale huizen, maar in opvangkampen (bv kamp Westerbork) geplaatst.