K2 H5 Spelling (II): persoonsvorm in samengestelde zinnen

GIDS NEDERLANDS
INFORMATIE VOOR LESSEN NEDERLANDS
1 / 39
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

GIDS NEDERLANDS
INFORMATIE VOOR LESSEN NEDERLANDS

Slide 1 - Slide

DOEL

SAMENGESTELDE ZINNEN

- Je kunt de persoonsvormen in samengestelde zinnen correct spellen



Slide 2 - Slide

PERSOONSVORMEN

 IN SAMENGESTELDE ZINNEN

Eerder leerde je hoe je persoonsvormen goed moet spellen.

Ook leerde je hoe je de persoonsvormen en onderwerpen kunt vinden in samengestelde zinnen.


In deze les leer je de persoonsvormen in samengestelde zinnen goed spellen.



Slide 3 - Slide

Hoe schrijf je de pv in de tt goed?

Hij (onthouden) de woordjes nooit na één keer doorlezen.
A
onthoud
B
onthoudt
C
onthouden

Slide 4 - Quiz

Hoe schrijf je de pv in de tt goed?

Hij (wennen) snel op de nieuwe school.
A
wen
B
went
C
wennen

Slide 5 - Quiz

Hoe schrijf je de pv in de tt goed?

(Twijfelen) niet aan jezelf!
A
Twijfel
B
Twijfelt
C
Twijfelen

Slide 6 - Quiz

Hoe schrijf je de pv in de tt goed?

Marly (zorgen) vaak voor het klassenboek.
A
zorg
B
zorgt
C
zorgen

Slide 7 - Quiz

Hoe schrijf je de pv in de tt goed?

De schoonmaaksters (stofzuigen) het vieze lokaal.
A
stofzuig
B
stofzuigt
C
stofzuigen

Slide 8 - Quiz

Hoe schrijf je de pv in de vt goed?

Mevrouw Luijk (manoeuvreren) haar auto erg goed tussen de obstakels door.
___
A
manoeuvreerde
B
manoeuvreerden

Slide 9 - Quiz

Hoe schrijf je de pv in de vt goed?

Michelle (leren) heel erg goed voor haar test.
___
A
leerde
B
leerden

Slide 10 - Quiz

Hoe schrijf je de pv in de vt goed?

In de zoektocht naar de schat (ontcijferen) de onderzoekers de geheime code.
___
A
ontcijferde
B
ontcijferden

Slide 11 - Quiz

Hoe schrijf je de pv in de vt goed?

Mijn moeder (kaften) vorig jaar al mijn boeken voor mij.
___
A
kaftte
B
kaftten
C
kafte
D
kaften

Slide 12 - Quiz

Hoe schrijf je de pv in de vt goed?

Joost (vergeten) zijn bril mee te nemen.
___
A
vergeette
B
vergeetten
C
vergat
D
vergaten

Slide 13 - Quiz

PERSOONSVORMEN

IN EEN SAMENGESTELDE ZIN

Zet de zin in een andere tijd:

Je maakt van de tegenwoordige tijd verleden tijd, of andersom. 

De werkwoorden die veranderen, zijn de persoonsvormen.


VOORBEELD:

Lotte denkt dat haar cijfer een voldoende is.


Lotte dacht dat haar cijfer een voldoende was.

Slide 14 - Slide

PERSOONSVORMEN

 IN SAMENGESTELDE ZINNEN

Juist spellen van de persoonsvormen:

- Controleer of het werkwoord een persoonsvorm is

- Kijk of het werkwoord in de tegenwoordige tijd (tt) of in de verleden tijd (vt) staat

- Kijk naar het onderwerp om te zien of de pv enkelvoud (ev) of meervoud (mv) is

- Vul de juiste vorm van het werkwoord in


Slide 15 - Slide

DOE OORTJES IN EN KIJK DE VOLGENDE FILMPJES

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

OEFENING


In de volgende zinnen noteer je

de persoonsvorm (pv) van de werkwoorden tussen haakjes steeds in de tegenwoordige tijd (tt).

Slide 20 - Slide

Noteer de pv van de werkwoorden tussen haakjes in de tt.

Ik (hopen) dat de mentor mijn verhaal (geloven).

Slide 21 - Open question

Noteer de pv van de werkwoorden tussen haakjes in de tt.

Mijn moeder (wensen) dat ze gezond (blijven).

Slide 22 - Open question

OEFENING


In de volgende zinnen noteer je

de persoonsvorm (pv) van de werkwoorden tussen haakjes steeds in de verleden tijd (vt).


Kijk steeds goed of het onderwerp (ow) enkelvoud (ev) of meervoud (mv) is.


Slide 23 - Slide

Noteer de pv van de werkwoorden tussen haakjes in de vt.

De verkoper (zeggen) dat de sweater aan de grote kant (zijn).


Slide 24 - Open question

Noteer de pv van de werkwoorden tussen haakjes in de vt.

Waarschijnlijk (verwachten) je ouders niet dat jouw zus ooit in Engeland (zullen) gaan wonen.


Slide 25 - Open question

Noteer de pv van de werkwoorden tussen haakjes in de vt.

De verkouden docent (hoesten) en (kuchen) de hele les.


Slide 26 - Open question

OEFENING

In de volgende zinnen noteer je de juiste vorm van

de werkwoorden tussen haakjes.

Bedenk eerst of het werkwoord een persoonsvorm is.

De persoonsvorm noteer je in de tegenwoordige tijd.


Je moet dus soms ook werkwoorden opschrijven die géén persoonsvorm zijn.

Slide 27 - Slide

Noteer de juiste vorm van het werkwoord.

Ons huis is opgeknapt en helemaal opnieuw (verven).

Slide 28 - Open question

Noteer de juiste vorm van het werkwoord.

Mijn vader (verbouwen) de keuken, omdat mijn moeder dat graag wil.

Slide 29 - Open question

Noteer de juiste vorm van het werkwoord.

De jongen grijnst gemeen, omdat zijn broertje is (struikelen).

Slide 30 - Open question

Noteer de juiste vorm van het werkwoord.

De boze kleuter (gillen) en krijst de hele boel bij elkaar.

Slide 31 - Open question

Noteer de juiste vorm van het werkwoord.

Adriaan denkt dat Henk in het donker te hard heeft (rijden).

Slide 32 - Open question

Noteer de juiste vorm van het werkwoord.

Als een voetballer een strafschop mist, (vinden) hij dat een afgang.

Slide 33 - Open question

Maak nu zelfstandig opdracht 6, 7, 8 en 9 in het het boek op bladzijde 195 en 196 in je schrift.
timer
15:00

Slide 34 - Slide

NAKIJKEN

Laat je werk aan de docent zien en krijg toegang tot de antwoorden.


Ga voor de antwoorden naar de studiewijzer in Magister H5

Slide 35 - Slide

GELEERD?

SAMENGESTELDE ZINNEN

- Je kunt de persoonsvormen in samengestelde zinnen correct spellen



Slide 36 - Slide

Wat is het verschil tussen een enkelvoudige en samengestelde zin?

Slide 37 - Open question

Is er iets wat je nog niet zo goed snapt?
Zo ja, schrijf dit op.

Slide 38 - Open question

GIDS NEDERLANDS
INFORMATIE VOOR LESSEN NEDERLANDS

Slide 39 - Slide