Daken trappen klas 1 - 2023 oefening toets

constructie met houten balken evenwijdig aan de nok / goot
A
Sporenkap
B
Gordingenkap
1 / 51
next
Slide 1: Quiz
BouwkundeMBOStudiejaar 1

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

constructie met houten balken evenwijdig aan de nok / goot
A
Sporenkap
B
Gordingenkap

Slide 1 - Quiz

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

een kilkeper bevindt zich bij een … hoek tussen twee schuine dakvlakken
A
inwendige
B
uitwendige

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

De ontmoeting=aansluting tussen dak en vloer/muur maak je met:
A
gording
B
spant
C
spoor
D
muurplaat

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Bij een gordingenkap worden de gordingen ondersteund door:
A
nokgording en muurplaat
B
topgevels, tussenmuren of spanten

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions


A
Zadeldak
B
Lessenaarsdak
C
Schilddak
D
Mansardedak

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions


A
Samengesteld dak met hoekkeper
B
Samengesteld dak met kilkeper

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions


A
Zadeldak
B
Lessenaarsdak
C
Schilddak
D
Mansardedak

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions


A
Zadeldak
B
Lessenaarsdak
C
Schilddak
D
Mansardedak

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Dit dak heeft geen noklijn
A
Zadeldak
B
Mansardedak
C
Tentdak
D
Schilddak

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Het zorgt ervoor dat het water naar de goten en verzamelpunten gaat en niet op dak blijft liggen
A
kim
B
afschot
C
daktrim
D
ruiter

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Hoe voorkom je doorzakken of lekkage van het dak?
A
Dakschild
B
DPC-folie
C
Spuwer
D
Borstwering

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Noem drie manieren waarop je
een afschot kunt creëren.

Slide 14 - Mind map

In de dakvloer
- in de onderconstructie van het dak
- In de dakisolatie
je hebt 2 folies in het dak: 1 aan de warme kan van de constructie en 1 aan de koude kant. Wat is juist?

A
dampopen - warme kant, dampremmende - koude kant
B
dampremmende - warme kantdampopen - koude kant

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Dakdoorsnede van schuin dak
Volgorde van binnen naar buiten:
A
dakplaat - panlat - tengel - dakpan
B
dakplaat - tengel - panlat - dakpan

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

TENGELS: latten in de richting van de dakhelling
PANLATTEN: horizontale latten waaraan dakpannen met hun nokken kunnen worden opgehangen

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Ondervorst is een buigzame brede strook kunststof
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Wat zie je hier?
A
Nokgording
B
Nokvorst
C
Ruiter
D
Ondervorst

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions


A
sandwich-element
B
scharnierkap

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Bij een omgekeerd dak ligt de isolatie op dakbeschot en dakbedekking
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Bij een warm dak ligt de isolatie op dakbeschot en onder dakbedekking
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Hoe groot moet het afschot zijn van een plat dak?
Minimaal:

A
1,5 mm per meter
B
15 mm per meter
C
150 mm per meter
D
1500 mm per meter

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de minimale dakrandhoogte bij een plat dak?
A
1,2 mm
B
12 mm
C
120 mm
D
1200 mm

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Wat is 3?
A
mastiekstrook
B
daktrim
C
scheg
D
bitumen

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Lange levensduur en lage onderhoudskosten zijn voordelen van bitumen tov kunststof dakbedekking
A
Waar
B
Niet waar

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

EPDM dakbedekking

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Bij het extensieve groendak kies je er voor om het dak als een tuin te beschouwen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Slide 34 - Slide

This item has no instructions


A
mastgoot
B
bakgoot
C
hoekgoot
D
blokgoot

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions


A
goot buiten de gevel
B
goot op de gevel
C
goot binnen de gevel
D
iet anders

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

goten achter bv de hoge kant van een schoorsteen of achter een dakdoorbreking.
A
Zakgoot
B
Zalinggoot
C
Kilgoot
D
Verholen goot

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions


A
mastgoot
B
bakgoot
C
hoekgoot
D
blokgoot

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions


A
goot buiten de gevel
B
goot op de gevel
C
goot binnen de gevel
D
iet anders

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions


A
mastgoot
B
bakgoot
C
hoekgoot
D
blokgoot

Slide 40 - Quiz

This item has no instructions


A
Zakgoot
B
Zalinggoot
C
Kilgoot
D
Verholen goot

Slide 41 - Quiz

This item has no instructions


A
mastgoot
B
bakgoot
C
hoekgoot
D
blokgoot

Slide 42 - Quiz

This item has no instructions


A
goot buiten de gevel
B
goot op de gevel
C
goot binnen de gevel
D
iet anders

Slide 43 - Quiz

This item has no instructions

Verschil tussen kil- en zakgoot is dat een kilgoot schuin naar beneden loopt en een zakgoot horizontaal
A
Waar
B
niet waar

Slide 44 - Quiz

zak: aan de onderkant, tussen twee hellende vlakken
kil: schuine goot op de inwendige hoek bij ontmoetende dakvlakken

Slide 45 - Slide

This item has no instructions


A
rechte steektrap
B
trap met onderkwart
C
bordestrap
D
spiltrap

Slide 46 - Quiz

This item has no instructions


A
rechte steektrap
B
trap met onderkwart
C
bordestrap
D
spiltrap

Slide 47 - Quiz

This item has no instructions


A
rechte steektrap
B
trap met onderkwart
C
bordestrap
D
spiltrap

Slide 48 - Quiz

This item has no instructions

De ‘wel’ is het stukje van de trede dat voor het ‘stootbord’ uitsteekt
A
dit is juist
B
dit is onjuist

Slide 49 - Quiz

voorkant trede - voorkant trede
Wat is 3
A
optrede
B
aantrede
C
wel
D
val

Slide 50 - Quiz

This item has no instructions

Bedankt voor de aandacht!

Slide 51 - Slide

This item has no instructions