Van idee tot tekst: het schrijfproces en schrijfstrategieën

Van idee tot tekst: het schrijfproces en schrijfstrategieën
1 / 17
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Van idee tot tekst: het schrijfproces en schrijfstrategieën

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun jij de verschillende fases van het schrijfproces (van Flower en Hayes) benoemen en verschillende schrijfstrategieën toepassen voor het plannen van een synthesetekst.

Slide 2 - Slide

Geef de leerdoelen duidelijk aan het begin van de les, zodat de leerlingen weten wat ze kunnen verwachten.
Wat weet jij al over het schrijfproces?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Het schrijfproces
Het schrijfproces bestaat uit verschillende fases: voorbereiden, plannen, formuleren, reviseren en bewerken.

Slide 4 - Slide

Beschrijf kort de vijf fases van het schrijfproces en geef aan dat we ons in deze les focussen op de eerste twee fases.
Fase 1: Voorbereiden
In de voorbereidende fase verzamel je informatie over het onderwerp en bedenk je welk doel je met de tekst wilt bereiken.

Slide 5 - Slide

Geef voorbeelden van manieren om informatie te verzamelen, zoals onderzoek doen of brainstormen.
Fase 2: Plannen
In de planningsfase bepaal je de structuur van de tekst en maak je een schrijfplan. Dit kan bijvoorbeeld in de vorm van een mindmap of outline.

Slide 6 - Slide

Beschrijf verschillende manieren om een schrijfplan te maken en geef voorbeelden van een mindmap en outline.
Schrijfstrategieën
Er zijn verschillende schrijfstrategieën die je kunt gebruiken om een synthesetekst te plannen, zoals de piramide- en sandwichmethode.

Slide 7 - Slide

Geef aan dat we ons nu richten op de piramide- en sandwichmethode en dat de leerlingen deze straks gaan toepassen.
Piramide-methode
Bij de piramide-methode begin je met de hoofdpunten van de tekst en werk je deze verder uit in steeds meer detail.

Slide 8 - Slide

Laat de leerlingen een voorbeeld zien van een tekst die volgens de piramide-methode is geschreven en vraag hen wat zij hiervan vinden.
Sandwich-methode
Bij de sandwich-methode begin en eindig je met een inleiding en conclusie, waarbij je in het midden de verschillende argumenten of onderwerpen behandelt.

Slide 9 - Slide

Laat de leerlingen een voorbeeld zien van een tekst die volgens de sandwich-methode is geschreven en vraag hen wat zij hiervan vinden.
Toepassen: Piramide-methode
Laat de leerlingen in groepjes een tekst schrijven volgens de piramide-methode. Geef hen een onderwerp en laat hen eerst de hoofdpunten bedenken en deze vervolgens verder uitwerken.

Slide 10 - Slide

Laat de leerlingen in groepjes werken en geef hen voldoende tijd om de opdracht uit te voeren. Loop rond en geef waar nodig feedback.
Toepassen: Sandwich-methode
Laat de leerlingen in groepjes een tekst schrijven volgens de sandwich-methode. Geef hen een onderwerp en laat hen eerst de inleiding en conclusie schrijven, en vervolgens de argumenten of onderwerpen behandelen.

Slide 11 - Slide

Laat de leerlingen in groepjes werken en geef hen voldoende tijd om de opdracht uit te voeren. Loop rond en geef waar nodig feedback.
Vergelijken
Laat de leerlingen de teksten die ze hebben geschreven met elkaar vergelijken. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen? Welke methode vinden ze het fijnst werken?

Slide 12 - Slide

Laat de leerlingen zelf ontdekken wat de voor- en nadelen zijn van de verschillende schrijfstrategieën. Stuur het gesprek waar nodig bij.
Reflecteren
Laat de leerlingen individueel reflecteren op de les. Wat hebben ze geleerd? Wat vonden ze lastig? Wat willen ze nog meer weten?

Slide 13 - Slide

Geef de leerlingen even de tijd om na te denken over de les en laat hen hun reflectie opschrijven.
Terugkoppeling
Sluit de les af door kort terug te koppelen naar de leerdoelen. Hebben de leerlingen deze behaald? Wat vonden ze van de les?

Slide 14 - Slide

Geef de leerlingen de ruimte om vragen te stellen en bespreek eventuele feedback die je hebt gekregen tijdens de opdrachten.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 15 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 16 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 17 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.