5.2 voelen, ruiken, proeven H

bs 1.3 metamorfose
Welkom
  • Ga rustig zitten volgens de plattegrond
  • Op je tafel: laptop, etui en biologie schrift 
  • Laptops blijven dicht
  • Wanneer de les start ben je stil
  • Aantekeningen in je schrift


1 / 25
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

bs 1.3 metamorfose
Welkom
  • Ga rustig zitten volgens de plattegrond
  • Op je tafel: laptop, etui en biologie schrift 
  • Laptops blijven dicht
  • Wanneer de les start ben je stil
  • Aantekeningen in je schrift


Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt de bouw en functie van de huid beschrijven.
  • Je kunt benoemen hoe je verschillende geuren ruikt.
  • Je kunt benoemen hoe je verschillende smaken proeft. 

Slide 2 - Slide

Zintuigen in de huid
  • Tastzintuigen: structuur van voorwerpen (Ruw, glad.)
  • Drukzintuigen: Hoeveelheid druk op de huid.
  • Warmtezintuigen: Reageren op aanraking met iets dat warmer is dan de huid. 
  • Koudezintuigen: Reageren op aanraking met iets dat kouder is dan de huid. 
  • Pijnpunten: uiteinde van zenuwen

Slide 3 - Slide

De Huid
Grootste orgaan, oppervlakte van 1,5 - 2,0 m2 (volwassene)

Opgebouwd uit meerdere lagen, elk eigen functie

Slide 4 - Slide

De huid

Slide 5 - Slide

Opperhuid
Kiemlaag: levende cellen
  • Onderste celen delen zich 
  • Oudere cellen verhoornen  sterven af >>

Hoornlaag: Dode huidcellen
  • Bescherming tegen uitdroging, beschadiging en ziekteverwekkers


Slide 6 - Slide

Lederhuid
Zintuigen
Zweetklieren
Haarzakjes: 

Haarspiertjes:
Talgklieren:
Bloedvaatjes:



  • Waarnemen
  • Temperatuur
  •  Uitstulping  kiemlaag 
  • 'Kippenvel'
  • Productie talg
  • Temperatuur en voedingsstoffen

Slide 7 - Slide

Onderhuids bindweefsel

Hierin is vet opgeslagen 
Bloedvaten en zenuwen

Functie:
  • Isolerend
  • Reserve voeding

Slide 8 - Slide

Aan de slag
Basisstof 2
Opdrachten huid, 1, 2, 6, 7 

Klaar? 
samenvatting 5.2 of werkblad superzintuigen

Slide 9 - Slide

bs 1.3 metamorfose
Welkom
  • Ga rustig zitten volgens de plattegrond
  • Op je tafel: laptop, etui en biologie schrift 
  • Laptops blijven dicht
  • Wanneer de les start ben je stil
  • Aantekeningen in je schrift


Slide 10 - Slide

Ruiken
Welk dier kan het beste ruiken?

Slide 11 - Slide

Afrikaanse olifant



2000 geur receptoren in de neus
5 keer sterker dan de mens 

Slide 12 - Slide

Ruiken
Waarnemen van geur via reukzintuig 
  • Boven in neusslijmvlies

  • Geurstoffen bij reukzintuig > 
impuls naar je hersenen




Slide 13 - Slide

Ruiken
Specifieke zintuigcel voor elke geurstof. 

Door patroon van impulsen 
wordt de geur herkent in de hersenen.


Slide 14 - Slide

Proeven
Smaakzintuigen oppervlakte  tong. 

Smaakknopjes met smaakzintuigcellen  in groeven tong

Welke smaken zijn er?



Slide 15 - Slide

smaakzintuig

Smaakzintuigcellen ontvangen prikkel smaakstof > Sturen impuls naar hersenen



Slide 16 - Slide

Kennis van Vroeger
Kennis van Nu

Slide 17 - Slide

Kun je proeven zonder te ruiken?

  • Je proeft met je tong, maar ook met het reukzintuig
  • smaakzintuigen kunnen de smaak vanille en aardbeien niet onderscheiden. Je proeft alleen zoet.
  • Door combinatie geur en smaak proef je


Slide 18 - Slide

Aan de slag
Basisstof 2
Opdrachten smaak- reukzintuig  3, 4, 8, 9, 
Opdrachten huid 1, 2, 6, 7, 

Klaar? 
samenvatting 5.2 of werkblad superzintuigen

Slide 19 - Slide

Orgaan dat reageert op een invloed uit de omgeving
Invloed uit de omgeving
Liggen in een zintuig
Elektrische signalen
Leiden impulsen naar de hersenen
Zintuig
Prikkel
Zintuigcellen
Impulsen
Zenuwen

Slide 20 - Drag question

prikkel
impuls
hersenen
reactie

Slide 21 - Drag question

Welke opmerking over impulsen is juist?
A
Impulsen laten zintuigen reageren.
B
Impulsen geven prikkels door aan de hersenen.
C
Impulsen ontstaan in zintuigen.
D
Impulsen gaan altijd naar spieren toe

Slide 22 - Quiz

Gedrag ontstaat door prikkels. Wat is een prikkel?
A
een verandering in je omgeving waarop je kunt reageren
B
iets wat een mens of dier doet
C
een handeling
D
een verandering van gedrag

Slide 23 - Quiz

De huid:

De huid bestaat uit verschillende onderdelen. In welk deel liggen je zintuigen in de huid?
A
Hoornlaag
B
Kiemlaag
C
Lederhuid
D
Onderhuidse bindweefsel

Slide 24 - Quiz

Welk zintuig van de huid ligt dieper in de huid?
A
Pijnpunten
B
Drukzintuigen
C
Koudezintuigen
D
Tastzintuigen

Slide 25 - Quiz