M3 - Zwaarte-energie

Zwaarte-energie

1 / 22

Slide 1: Slide

Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Lesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Zwaarte-energie

Slide 1 - Slide

Planning

Formule zwaarte energie uitgelegd.

zelfstandig opgave 36bc en 40

opgaven bespreken

zelfstandig werken

Slide 2 - Slide

Uitleg formule zwaarte-energie

De zwaarte-energie van een voorwerp wordt groter door 2 factoren

Massa

hoogte

Hoe zit dat?

Slide 3 - Slide

Massa en zwaarte-energie

Waarmee breek je eerder een ei?

Een blok hout van 1 meter hoogte er op laten vallen.

Een veer van 1 meter hoogte er op laten vallen.

Welke van de 2 had dus meer zwaarte-energie op 1 meter hoog?

Slide 4 - Slide

hoogte en zwaarte-energie

Zelfde situatie. je probeert een ei te breken.

Je laat het ei zelf 1 cm boven het aanrecht vallen.

Je laat het ei zelf van het aanrecht afvallen (ongeveer 1 meter).

Wanneer zal het ei de meeste schade hebben?

In welke situatie had het ei dus meer zwaarte-energie voor de val?

Slide 5 - Slide

De formule van zwaarte-energie

op aarde dus:

E^{​ z ​ ​} = m \cdot g \cdot h

E z = m a s s a \cdot g r a v i t a t i e \cdot h o o g t e

E z = m \cdot 10 \cdot h

Slide 6 - Slide

Oefenopgave: 36a

Een heiblok van 1500 kg hangt 0,8 m boven de kop van een heipaal

Bereken de zwaarte energie.

Slide 7 - Slide

Uitwerking 36a

E^{​ z ​ ​} = m \cdot g \cdot h

m = 1500 k g

g = 10 \frac{​ N ​ ​}{​ k g ​}

h = 0, 8 m

E^{​ z ​ ​} = 1500 \cdot 10 \cdot 0, 8

E^{​ z ​ ​} = 15.000 \cdot 0, 8

E^{​ z ​ ​} = 12.000 J

Slide 8 - Slide

Zelfstandig werken

Opgave 36bc en 40

zelfstandig werken

camera aan

10 min werken

Eerder klaar. verder werken vanaf opgave 37.

Slide 9 - Slide

Hoe ver heb je kunnen werken?

36b

36c

40a

40b

40c

alles af

Slide 10 - Poll

Opgave 36b

165 Joule

1650 Joule

550 Joule

30 Joule

Slide 11 - Quiz

Uitwerking 36b

E^{​ z ​ ​} = m \cdot g \cdot h

m = 55 k g

g = 10 \frac{​ N ​ ​}{​ k g ​}

h = 3, 0 m

E^{​ z ​ ​} = 55 \cdot 10 \cdot 3, 0

E^{​ z ​ ​} = 550 \cdot 3, 0

E^{​ z ​ ​} = 1650 J

Slide 12 - Slide

36c

40.000 Joule

4000 Joule

400 Joule

Slide 13 - Quiz

Uitwerking 36c

E^{​ z ​ ​} = m \cdot g \cdot h

m = 100 k g

g = 10 \frac{​ N ​ ​}{​ k g ​}

h = 40, 0 m

E^{​ z ​ ​} = 100 \cdot 10 \cdot 40, 0

E^{​ z ​ ​} = 1000 \cdot 40, 0

E^{​ z ​ ​} = 40.000 J

Slide 14 - Slide

40a.

9600 Joule

96.000 Joule

48.000 Joule

4800 Joule

Slide 15 - Quiz

Uitwerking 40a

E^{​ z ​ ​} = m \cdot g \cdot h

m = . . .

g = 10 \frac{​ N ​ ​}{​ k g ​}

h = 2, 0 m

E^{​ z ​ ​} = 4800 \cdot 10 \cdot 2, 0

E^{​ z ​ ​} = 48.000 \cdot 2, 0

E^{​ z ​ ​} = 96.000 J

1 m3

1000kg

4,3 m3

1 \cdot x = 4, 3 \cdot 1000

x = \frac{​ 4 , 8 \cdot 1 0 0 0 ​ ​}{​ 1 ​} = \frac{​ 4 8 0 0 ​ ​}{​ 1 ​} = 4800 k g

Slide 16 - Slide

40b.

96.000 J

1600 J

28.000 J

Slide 17 - Quiz

Uitwerking 40b

per minuut per seconde

E^{​ z ​ ​} = 96.000 J

P^{​ o p ​ ​} = x \frac{​ j ​ ​}{​ s ​}

96000 J

60 sec

1 sec

96.000 J \cdot 1 = x \cdot 60

\frac{​ 9 6 . 0 0 0 \cdot 1 ​ ​}{​ 6 0 ​} = x = 1600 \frac{​ J ​ ​}{​ s ​}

Slide 18 - Slide

40c.

1600 j/s

3200 j/s

800 j/s

Slide 19 - Quiz

Uitwerking 40c

P^{​ t o t a a l ​ ​} = 1.600 \frac{​ J ​ ​}{​ s ​}

P^{​ d y n a m o ​ ​} = 800 \frac{​ j ​ ​}{​ s ​}

1600 J

100%

50%

1600 \cdot 50 = x \cdot 100

\frac{​ 1 6 0 0 \cdot 5 0 ​ ​}{​ 1 0 0 ​} = x

Slide 20 - Slide

Kleine mededeling ma 1 feb.

Starten aan onderzoek over duurzame energie.

Ter voorbereiding mag je alvast tweetallen vormen en 2 energiebronnen uitkiezen.

Dit onderzoek hebben jullie 1.5 week de tijd voor.

Inleveren 10 februari.

Slide 21 - Slide

Zelfstandig werken

Zelfstandig werken tot 11:15 camera aan

na 11:15 camera uit, uitloggen, zelfstandig werken of pauzeren beide mag.

Slide 22 - Slide