Opfrissen voedingstoffen


Opfrissen Voedingstoffen
1 / 18
next
Slide 1: Slide
VoedingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson


Opfrissen Voedingstoffen

Slide 1 - Slide

Welke voedingstoffen zijn er ook alweer?

Slide 2 - Open question

Micro-nutriënten
Macro-nutriënten
Koolhydraten
Vitaminen
Eiwitten
Water
Mineralen
Vetten
Spoorelementen

Slide 3 - Drag question

Eiwitten zijn niet nodig voor de opbouw van spieren
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz

Waar dienen koolhydraten en vetten voor?
A
Opbouw spieren
B
Brandstof
C
Omzetten in aminozuren

Slide 5 - Quiz

Duursporters hebben over het algemeen meer behoefte aan...
A
Eiwitten
B
Koolhydraten
C
Vetten
D
Alle voorgaande

Slide 6 - Quiz

Krachtsporters hebben over het algemeen meer behoefte aan...
A
Eiwitten
B
Koolhydraten
C
Vetten
D
Alle voorgaande

Slide 7 - Quiz

Wat zijn 'goede' (gezonde) vetten:
A
Verzadigde vetten
B
Onverzadigde vetten

Slide 8 - Quiz

Vetten zijn te verdelen in verzadigde en onverzadigde vetten. Olijfolie is een voorbeeld van verzadigd vet.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quiz

Een product met vet bevat altijd verzadigd en onverzadigd vet

Slide 10 - Slide

Onverzadigde vetten zijn
A
goede vetten
B
slechte vetten

Slide 11 - Quiz

Eiwitten zijn opgebouwd uit
A
vetzuren
B
aminozuren
C
eiwitmoleculen
D
caseïne

Slide 12 - Quiz

Er zijn 20 verschillende aminozuren
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Eiwitbronnen op jouw bedrijf zijn
A
melk en wei
B
magere melk en ontzoute wei
C
caseïne en WPC
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 14 - Quiz

Zetmeel en suiker zijn beide polysachariden
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quiz

Lactose

Slide 16 - Mind map

Eiwitten leveren meer calorieën (energie) dan koolhydraten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

Voorbeelden van koolhydraten zijn zetmeel, suikers en voedingsvezels.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz