Bronnen les 3: selecteer bronnen en informatie

Bronnen les 3:



selecteer bronnen en informatie


1 / 44
next
Slide 1: Slide
MediawijsheidMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Bronnen les 3:



selecteer bronnen en informatie


Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van deze les  weet je hoe je een digitale bron kan beoordelen en informatie scannen in de bron.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Beoordelen van een bron uit de zoekresultatenlijst
  • titel en omschrijving
  • taalgebruik
  • eventuele datum
  • opbouw URL en of er een - in de URL staat
  • organisatiecode (.org of .com)
  • gesponsord links 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Check de website
Past de omschrijving (kort zoekresulaat) en en titel bij jouw gezochte informatie?

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Check taalgebruik
Let op taalfouten en taalgebruik

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Check: datum van publicatie
Wanneer gepubliceerd?

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

  • Stemt de URL van de site overeen met de naam van het product of het bedrijf dat je zoekt?
  • Staan er spelfouten in? Soms is er nét een lettertje verschil.
  • Zijn er spamachtige pop-ups
  • Begint de URL met ‘https’ en zie je een hangslotje? Zo ja, dan betekent dit dat de verbinding veilig is.
  • - erbij is het een persoonlijke site
Check URL

Slide 7 - Slide

Bespreek de technieken om te controleren of iets vals is of niet. Maak eventueel een hand-out van de checklist.
Check organisatiecode
  • Landen (.nl, .be, .eu, etc.)
  • Instelling (.com, .org, .edu, .gov)
  • Inmiddels van alles (.coffee, .hiphop, .sucks, ...)

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

reclame?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Check gesponsorde links

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Scan de informatie in de bron
bruikbaarheid:
  • sluit aan bij de vraag, taalgebruik, structuur tekst helder, actueel, hoeveelheid informatie

Betrouwbaarheid informatie
  •  doel informatie, auteur, type informatie (primair of secundair)

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Bruikbaar?
- als er gezocht is op corona en testen?
- taalgebruik?
- structuur tekst?
- actueel?
- hoeveelheid informatie?


Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Is het artikel van net bruikbaar?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Bruikbaar?
Niet bruikbaar
Dit is fake nieuws


Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Herken jij fake nieuws?
A
Ja, altijd
B
Soms wel, soms niet
C
Nee, nooit

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Heb je wel eens fake nieuws gelezen?
A
Ja
B
Nee
C
Weet ik niet

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wat zie je

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

En nu?

Slide 18 - Slide

A photo of U.S. Marines giving water to a captured Iraqi soldier generated anger from readers who felt the picture made U.S. forces look bad. But editors felt the photo pointed to the truths of war.
http://the.honoluluadvertiser.com/article/2003/Mar/30/op/op12a.html
Fake nieuws of betrouwbare teksten
Informatie in teksten is niet altijd betrouwbaar > kritisch lezen > stel vragen.
  • Hoe deskundig is de schrijver? Let op kennis en ervaring.
  • Wat is het doel van de tekst? Wil de schrijver informeren, overtuigen of activeren?
  • Hoe volledig is de tekst? Worden alle feiten verteld?
  • Wat is de bron van de tekst? Let op de datum  en de bron.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Deskundigheid van de auteur

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Doel van een tekst
informeren - overtuigen
Informeren -> om lezer iets te weten te laten komen.

Feiten ->uitleg, instructie, bericht over wat er is gebeurd of nog gaat gebeuren

Overtuigen -> om lezer te overtuigen van gelijk van de schrijver.
Meningen -> column, blog, brief, betoog

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Objectiviteit
Feiten en meningen
Wie is de schrijver? 
Heeft hij al een voorkeur?

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Feit of mening
  • Feiten: controleerbaar
  • Meningen: opvattingen



Een betrouwbaar artikel is gebaseerd op feiten.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Gebruik van bronnen
  • Naar welke bronnen wordt er verwezen?
  • Zijn dat betrouwbare bronnen?


Sites die niets verkopen, feiten bevatten en 
waarin informatie staat die je op andere 
websites ook ziet, zijn vaak wel betrouwbaar.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Echt of nep?

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Echt of nep?
1. Het is van een onbekend persoon.
2. Er word gevraagd om te delen.
3. Het zou niet op het nieuws zijn.
4. Het staat nergens anders.
5. Geen bronnen.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Het is nep.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Betrouwbaar artikel?
A
Ja
B
Nee

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Trump heeft gezegd: "If Ivanka weren't my daughter perhaps I'd be dating her"
A
waar
B
niet waar

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

"Republicans are the dumbest group of voters"
A
waar
B
niet waar

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Probeer te achterhalen wat 
het doel van de auteur is
Ik zocht op "truth about vaccines" en kreeg deze site als eerste resultaat:

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Geloof niet alles wat je leest.


Wikipedia b.v. wordt door "gewone" mensen onderhouden; iedereen kan het aanpassen

Slide 34 - Slide

Dit is Woll Smoth. De wiki pagina van Will Smith is een keer zo aangepast dat hij Woll Smoth heette. In dit geval is het wel duidelijk dat er iets niet klopt, maar dat is niet altijd zo. Dat gaan we zo zien met een feiten quize over Donald Trump

Slide 35 - Slide

Dit heeft Trump echt gezegd. Eens kijken wat de klas denkt..
"If we have nuclear weapons why don't we use them?"
A
waar
B
niet waar

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

Echt? Of nep?

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Echt? Of nep?
1. Het is van een krant, 'De Gelderlander'.
2. Er word niet gevraagd om te delen.
3. Het is informatief geschreven.
4. Het staat alleen hier.
5. De bron is de krant zelf.

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Echt of nepartikel?
A
echt
B
nep

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions

Echt? Of nep?
1. Het is van een krant, 'De Gelderlander'.
2. Er word niet gevraagd om te delen.
3. Het is informatief geschreven.
4. Het staat alleen hier.
5. De bron is de krant zelf.

Het is echt.

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Echt of nep?

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Echt of nep?
1. Het is gemaakt door een onbekend persoon.
2. Er word gevraagd om te delen.
3. Volgens de schrijver is de foto door Facebook verwijderd omdat het ongepast zou zijn.
4. Het staat op facebook.
5. Facebook is de bron.

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Echt of nepartikel?
A
echt
B
nep

Slide 43 - Quiz

This item has no instructions

Echt of nep?
1. Het is gemaakt door een onbekend persoon.
2. Er word gevraagd om te delen.
3. Volgens de schrijver is de foto door Facebook verwijderd omdat het ongepast zou zijn.
4. Het staat op facebook.
5. Facebook is de bron.

Het is nep.

Slide 44 - Slide

This item has no instructions