Dagen en maanden (schrijven)

Weet jij het? 
De dagen van de week
en
de maanden van het jaar
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Weet jij het? 
De dagen van de week
en
de maanden van het jaar

Slide 1 - Slide

Hoeveel dagen zitten er in een week?
A
14
B
7
C
6
D
10

Slide 2 - Quiz

Wat zijn de dagen van de week?

Slide 3 - Mind map

Hoeveel maanden zitten er in een jaar?
A
12
B
52
C
10
D
30

Slide 4 - Quiz

wat zijn de maanden van het jaar?

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Welke dag is het vandaag?
A
maandag
B
dinsdag
C
donderdag
D
vrijdag

Slide 9 - Quiz

Welke dag was het gisteren?
A
zondag
B
dinsdag
C
donderdag
D
woensdag

Slide 10 - Quiz

Welke dag is het overmorgen?
A
dinsdag
B
zaterdag
C
vrijdag
D
woensdag

Slide 11 - Quiz

Gisteren was het .....
A
maandag
B
dinsdag
C
woensdag
D
donderdag

Slide 12 - Quiz

Morgen is het ........
A
woensdag
B
donderdag
C
vrijdag
D
zaterdag

Slide 13 - Quiz

Zaterdag en zondag is het....
A
weekend
B
vakantie
C
school
D
huiswerk

Slide 14 - Quiz

De datum van vandaag is .....
A
21 september 2023
B
september 21 2023
C
2023 september 21
D
24 november 2023

Slide 15 - Quiz


Welke datum is het morgen?

Slide 16 - Open question


Welke datum was het gisteren?

Slide 17 - Open question

Op welke dagen ga je naar school?
maandag
dinsdag
woensdag
donderdag
vrijdag
zaterdag
zondag

Slide 18 - Drag question

Op welke dagen is het weekend?
maandag
dinsdag
woensdag
donderdag
vrijdag
zaterdag
zondag

Slide 19 - Drag question


Welke maand is het?

Slide 20 - Open question


De eerste maand van het jaar is ...
A
februari
B
november
C
augustus
D
januari

Slide 21 - Quiz

De laatste maand van het jaar is ...
januari
december
november
oktober
februari

Slide 22 - Drag question


De vijfde maand van het jaar is ...
A
juni
B
mei
C
april
D
juli

Slide 23 - Quiz


De achtste maand van het jaar is ...
A
juli
B
september
C
augustus
D
oktober

Slide 24 - Quiz


De elfde maand van het jaar is ....

Slide 25 - Open question

En ...
hoe vind je deze les?
๐Ÿ˜’๐Ÿ™๐Ÿ˜๐Ÿ™‚๐Ÿ˜ƒ

Slide 26 - Poll