Ga naar de online methode Hoofdstuk 4 Stevigheid en beweging 4.1 opdracht 1 t/m 7
Slide 32 - Slide
Herhaling
Kraakbeen:
-zorgt ervoor dat de botten niet over elkaar heen schuiven
-ook op plaatsen die stevig en soepel moeten zijn, zoals je neus en je oorschelp
Verandering in botten:
- Baby's:
Meer lijmstof --> dus heel buigzaam
-Ouderen:
Meer kalk --> botten breken sneller
Samenstelling botten:
-kalk
-lijmstof
Slide 33 - Slide
De botten van een pasgeboren baby bestaan voornamelijk uit lijmstof
A
Juist
B
Onjuist
Slide 34 - Quiz
Van twee varkens wordt bepaald hoeveel lijmstof een rib bevat. De rib van varken P blijkt veel meer lijmstof te bevatten dan de rib van varken Q. Hieruit blijkt dat varken P ouder is dan varken Q.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 35 - Quiz
Botverbindingen
Manieren waarop botten met elkaar verbonden kunnen zijn:
Theorie basisstof 3
Opbouw van het skelet door beenverbindingen (bekijk de video)
Een gewricht is een verbinding tussen twee botten. Door een gewricht kunnen de botten gemakkelijk bewegen
Gewricht kapsel en kapselbanden
Om het gewricht heen zit een stevig vlies. Dit vlies heet gewrichtskapsel. Het gewrichtskapsel houdt de botten bij elkaar. Het gewrichtskapsel maakt ook het gewrichtssmeer.
Om het gewricht zitten kapselbanden. De kapselbanden zijn een extra versteviging. Ze helpen mee om de botten op hun plaats te houden
Gewricht kogel en kom
Het uiteinde van één bot is bol. Dit heet de gewrichtskogel. Het uiteinde van het andere bot is hol. Dit heet de gewrichtskom.