Aandachtspunten bij spel en activiteiten

Aandachtspunten bij spel en activiteiten
1 / 35
next
Slide 1: Slide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 3

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Aandachtspunten bij spel en activiteiten

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
- Op het einde van de les kan ik uitleggen wat het belang is van het werken met een handelingsplan bij kinderen die extra begeleiding nodig hebben.

- Op het einde van de les kan ik benoemen waaruit een veilig pedagogisch klimaat is opgebouwd.

Slide 2 - Slide

Waarom heb je deze kennis nodig?

Slide 3 - Slide

Werkprocessen
- P2-K1-W2 Stelt een (gespecialiseerd) activiteitenprogramma op.
- P2-K1-W7 Biedt specifieke ontwikkelingsgerichte activiteiten aan.

Slide 4 - Slide

P2-K1-W2 Stelt een (gespecialiseerd) activiteitenprogramma op
- De gespecialiseerd pedagogisch medewerker stelt zich op de hoogte van de specifieke ontwikkelingsproblemen van een kind.
- Ze inventariseert welke activiteiten passend zijn voor de gegeven problematiek.
- Ze betrekt kind/kinderen bij de inventarisatie door hen input te laten leveren en helpt hen bij het verwoorden van hun wensen.
- Zij zoekt uit welke mogelijkheden voor activiteiten er zijn en stelt zich op de hoogte van randvoorwaarden binnen de organisatie en de groep. Vervolgens selecteert ze geschikte activiteiten - zo mogelijk in overleg met kind/kinderen - en programmeert deze in de tijd.

Slide 5 - Slide

P2-K1-W7 Biedt specifieke ontwikkelingsgerichte activiteiten aan
- De gespecialiseerd pedagogisch medewerker biedt kinderen specifieke ontwikkelingsgerichte activiteiten aan op basis van een erkende VVE-methodiek.
- Zij organiseert de activiteiten, voert ze uit (eventueel met behulp van anderen), kiest sport-, spel- en speelmateriaal dat past bij de gewenste ontwikkeling van het kind en begeleidt en stimuleert individuele kinderen of een groep(je) kinderen bij de uitvoering van de activiteiten.
- Ze monitort de ontwikkeling van het kind, signaleert en onderzoekt voortgang en/of stagnatie in de ontwikkeling en legt gegevens vast.

Slide 6 - Slide

Wat weten jullie nog van de vorige periode(s)?

Slide 7 - Slide

Wat is het verschil tussen een ontwikkelingsstoornis en een ontwikkelingsachterstand?

Slide 8 - Open question

Risicofactoren zijn zaken die de kans op problemen vergroten
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quiz

Risicofactoren kunnen op twee gebieden liggen: het kind en de ouders/gezin

A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quiz

Bij één enkele risicofactor is de kans op problemen in de ontwikkeling van kinderen niet verhoogd.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quiz

Een echtscheiding is een voorbeeld van een omgevingsrisicofactor
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quiz

Dyslexie en dyscalculie zijn voorbeelden van een communicatiestoornis
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quiz

Er zijn twee vormen van communicatiestoornissen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz

Kinderen met DCD kunnen problemen hebben met zowel de grove als de fijne motoriek.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

Kinderen met autisme hebben geen moeite met veranderingen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

ADHD en ADD zijn voorbeelden van gedragsstoornissen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

Kinderen met CD zijn, in tegenstelling tot ODD, agressief naar mensen en dieren
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Mag je in iedere probleemsituatie spreken van een achterstandssituatie?
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quiz

Bij huiselijk geweld is altijd sprake van opzettelijke mishandeling.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quiz

Handelingsplan
Voor kinderen die een ontwikkelingsachterstand hebben of opvallend gedrag vertonen.

Een persoonlijk plan op maat;
Doelen, methoden en middelen.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Signaleren, observeren en rapporteren
- Achteruitgang, stilstand en vooruitgang signaleren.
- Hiervoor moet je het kind observeren.
- Dagelijks rapporteren hoe het gaat.

Als zaken niet lopen zoals gepland wordt het handelingsplan bijgesteld.

Slide 23 - Slide

Hoe zorgen ze bij jou op stage voor een veilig pedagogisch klimaat?

Slide 24 - Slide

Een veilig pedagogisch klimaat
- Emotionele ondersteuning.
- Gevoel van eigenwaarde versterken.
- Gebruik maken van beloningen.
- Structuur in de dagindeling.
- Structuur in de ruimte.
- Structuur in de omgang en begeleiding.

Slide 25 - Slide

Aan de slag
Ga individueel aan de slag met de onderwerpen (uit de vorige dia) in het boek (blz. 292 t/m 294) m.b.t. een veilig pedagogisch klimaat. 

Maak van elk onderwerp een samenvatting (hoe doe je het?).
Daarna gaan we de opbrengst met elkaar delen.

Slide 26 - Slide

Emotionele ondersteuning

Slide 27 - Slide

Gevoel van eigenwaarde versterken

Slide 28 - Slide

Gebruik maken van beloningen

Slide 29 - Slide

Structuur in de dagindeling

Slide 30 - Slide

Structuur in de ruimte

Slide 31 - Slide

Structuur in de omgang en begeleiding

Slide 32 - Slide

One minute note
Schrijf in één minuut op wat je tijdens deze les hebt geleerd.

Slide 33 - Slide

Huiswerk volgende les
- Aandachtspunten ASS.
- Aandachtspunten aandachtsstoornissen.
- Aandachtspunten gedragsstoornissen en problemen.
- Aandachtspunten hoogbegaafdheid.

- Tips voor educatieve activiteiten.
- Tips voor sport en spelactiviteiten.

Slide 34 - Slide

Lesdoelen volgende les
- Op het einde van de les kan ik specifieke aandachtspunten aangeven voor de begeleiding van kinderen met ASS.
- Op het einde van de les kan ik specifieke aandachtspunten aangeven voor de begeleiding van kinderen met aandachtsstoornissen.
- Op het einde van de les kan ik specifieke aandachtspunten aangeven voor de begeleiding van kinderen met gedragsstoornissen en problemen.
- Op het einde van de les kan ik specifieke aandachtspunten aangeven voor de begeleiding van kinderen die hoogbegaafd zijn.

Slide 35 - Slide