We gaan verder met ontleden.
Vorige week hebben we de pv., het gez en het ond behandeld.
- Persoonsvorm (pv): Zet de zin in de vragende vorm, dan is het eerste woord de pv, of
- Zet de zin in een andere tijd: het woord dat verandert is de pv.
- Gezegde (gez): ALLE werkwoorden in een zin
- Onderwerp (ow): Wie + pv/gez