Sprachstadt Stunde 2

1 / 17
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Heute auf dem Programm

1. Meme der Woche
2. eine formative Prüfung 
3. Aufgaben auf Seite 8 bis 16 machen
4. üben mit dem Gespräch
5. die Ziele checken




Lernziele

Am Ende der Stunde... 
...kann ich sagen, welche Sätze vom Gespräch ich noch schwierig finde;
...kann ich drei deutsche Wörter nennen, die schwierig auszusprechen sind.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

TikTok der Woche
1. Hast du Lieblingsfächer?
Ja, ich mag ......
2. Hast du auch Fächer die du gar nicht magst?
Ja, ich finde ........und ........... schwierig/langweilig/doof, weil .....

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

Die formative Prüfung
Was bedeutet:
wenn ich mal wieder
zu spät zu lernen anfange

Wie sagt man ...... auf Deutsch?

Slide 6 - Slide

Hausaufgaben aufschreiben
  1. Leer (elke dag 10 minuten van Nederlands naar Duits) de Redemittel Auf dem Campingplatz op blz 3 en 4 in je projectboekje of op Studygo (--> formatieve overhoring tijdens de les)
  2. Maak blz 5 tm 16  ( van blz 8 tm 16 alleen rol A invullen)

Slide 7 - Slide

(Haus)aufgaben machen
Machen  Seite 8 bis 16 (alleen rol A invullen). 
Ihr habt 30 Minuten, danach besprechen wir Seite 8 bis 14
timer
1:00

Slide 8 - Slide

MÖGLICHE ANTWORTEN VON ROLLE A

-Hallo, weißt du wo es hier gutes WLAN gibt?
-Ja, das ist wirklich blöd. Übrigens (trouwens) ich heiße .... Wie heißt du?
- Klar! Ich freue mich auch. Bist du hier auch im Urlaub?
- Ich bin hier zum ersten Mal. Met wem bist du hier?
- Ich bin hier auch mit meiner Familie. Mit meinen Eltern und meine kleine Schwester. Aber sie ist erst drei Jahre alt. Das ist wirklich langweilig. Ich bin dreizehn Jahre alt. Wie alt bist du?
- Gratuliere! Ich habe Geburtstag am ...(rangtelwoord) ...(maand). Ich komme aus den Niederlanden. Woher kommst du? 
- Meine Schule heißt UniC. Das ist eine Realschule und auch ein Gymnasium. 
- Ich gehe in die siebte Klasse. In welche Klasse gehst du?



- Wie zufällig! Gehst du gern zur Schule? 
- Also ich gehe auch gerne zur Schule, aber ich mag Tests auch nicht so gerne. Mein Lieblingsfächer sind Geschichte und ..... Was sind deine Lieblingsfächer?
- "Geschichte"? Was bedeutet das?
- Aha, jetzt verstehe ich es. Ich mag .... auch, aber .... mag ich nicht so gerne/ hasse ich. Ich finde ... schwierig/ langweilig. Hast du auch Fächer die du gar nicht magst? 
- .... (vak) gefällt mir, aber .... (vak) mag ich auch nicht. Zu viel Arbeit und ich liebe meine Freizeit. In meiner Freizeit ... ich gerne. Und du?  Was machst du in deiner Freizeit?
- Ich mag ... auch sehr gerne. ... mag ich nicht so gerne.  Wie lange bleibst du noch hier (im Urlaub)?
- Super! Ich bleibe hier (auch) noch zwei Wochen. Wollen wir uns morgen zum ....(iets wat je samen kunt doen bijv. zwemmen, voetballen) treffen? 
- Klar, kein Problem! Bis übermorgen um zwei Uhr. Jetzt muss ich aber los (maar nu moet ik gaan) Tschüss!!



Slide 9 - Slide

Gespräch üben
-Oefen in tweetallen zo vaak mogelijk  het gesprekje op blz 8 tm 16 . Doel: Verbeter elkaars uitspraak.
-Hulpmiddelen: Redemittel op blz. 12 en 13
- En daarna? Dan kies ik 2 mensen uit die het gesprekje voor klas gaan houden om feedback op uitspraak te krijgen





timer
10:00

Slide 10 - Slide

Aussprachefehler???
1
ö=eu
8
s=zzzz
2
eu=oi
9
g=g in goal
3
ü=u in Utrecht
10
ch na e of i = sjhe
4
u= oe
11
sp= shjp
5
z=ts
12
st = sjt
6
sch=sjh
13
ä = éé
7
y= u
14
äu =oi

Slide 11 - Slide

Lernzielcheck

Slide 12 - Slide

1. Welke Duitse woorden vind je nog lastig om uit te spreken?
2. Welke Duitse zinnen moet je nog goed leren?
3. Denk jij dat je de zinnen al voldoende beheerst om het gesprek uit je hoofd te kunnen voeren? Hoe zorg je ervoor dat je dat de volgende les (wel) kan?

Slide 13 - Open question

laufendes Diktat
1 persoon rent heen en weer en dicteert de 10 zinnen, de ander schrijft deze zinnen op
Totaal 71 punten te verdienen:

Punten aftrek bij: 
- 1 of meerdere spelfouten in het woord (ook hoofdletters) = 1 punt minder
- woord vergeten = 1 punt minder
- hele zin (ook de Nederlandse) niet opgeschreven: per woord 1 punt minder
- het vraagteken of het uitroepteken vergeten = 1 punt minder



Slide 14 - Slide

Nakijken! 71 punten totaal
- 1 of meerdere spelfouten in woord (ook hoofdletters) = 1 punt minder
- woord vergeten = 1 punt minder
- hele zin (ook de Nederlandse) niet opgeschreven: per woord 1 punt minder
- vraagteken of uitroepteken vergeten = 1 punt minder

Slide 15 - Slide

Wiederholung Redemittel
Auf dem Campingplatz

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link