1P Wschat & Lezen H4

les 1 en 2 februari
  • woordenschat H3 - woordenlijst (hw!)
  • digitale toets : morgen oefenen, volgende week echt
  • lezen h4 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

les 1 en 2 februari
  • woordenschat H3 - woordenlijst (hw!)
  • digitale toets : morgen oefenen, volgende week echt
  • lezen h4 

Slide 1 - Slide

controle woordenlijst
de betekenis heb je uit de antwoorden uit het boek gehaald
iedereen heeft dus als het goed is
dezelfde betekenissen
we gaan dit nu controleren
  1. allemaal je woordenlijst erbij pakken
  2. LET OP: ik lees het woord voor, jullie tegelijk het antwoord
  3. oke? microfoons open!

Slide 2 - Slide

Woordenschat H3 - woordenlijst
1 project – voorbereiden en organiseren van activiteiten
2 herkomst – waar iets vandaan komt
3 expositie – tentoonstelling
4 aansloeg – succesvol was
5 illustreren – maken duidelijk
6 objecten – voorwerpen
7 regionale – streekgebonden
8 overeenstemmen met – lijken op


Slide 3 - Slide

Woordenschat H3 - woordenlijst
1 melkveehouderij bedrijf dat vee houdt voor de melkproductie 
2 vee - nuttige huisdieren 
 3 exactprecies
4 circa - ongeveer
5 getuige zijn van - zien
6 publiek - de aanwezige mensen
7 agrarische - die met het boerenbedrijf te maken hebben  
8 programma - lijst van wat er gaat gebeuren 

Slide 4 - Slide

morgen oefentoets digitaal
  • leer de woorden van de lijst (H3)
  • oefentoets - digitaal 
  • volgende week: repetitie via de methode digitaal

Lezen h1 , h2, h3 en h4

Slide 5 - Slide

Wat verwacht je op een lezen-toets?

Slide 6 - Open question

vragen bij het
lezen van een tekst

Slide 7 - Mind map

waar gaat de theorie van H4 lezen over?

Slide 8 - Open question

Uit welke drie delen bestaat een tekst altijd?

Slide 9 - Open question

In het middenstuk komen verschillende ..... aan bod.

Slide 10 - Open question

1 waar
2 Het middenstuk begint bij alinea 2 (hier begint de uitleg van wat Sjoerd als vrijwilliger in het park doet)
3 het slot begint bij alinea 5 (hier sluit de tekst af met wat het vrijwilligerswerk voor Sjoerd oplevert en wat hij in de toekomst wil doen)
4 Dat weet je aan het eind van de eerste alinea. De op een na laatste zin maakt dat duidelijk ‘Nu is hij (Sjoerd) al vier jaar vrijwilliger’ (in het park). De laatste zin is een vraag waarop de tekst antwoord geeft: Wat doet hij als dierenverzorger in het park?

Slide 11 - Slide

Opdracht 1 bespreken
  • samen lezen en vragen bekijken 
  • 1 waar 
  • 2 Het middenstuk begint bij alinea 2 (hier begint de uitleg van wat Sjoerd als vrijwilliger in het park doet)
  • 3 het slot begint bij alinea 5 (hier sluit de tekst af met wat het vrijwilligerswerk voor Sjoerd oplevert en wat hij in de toekomst wil doen)
  • 4 Dat weet je aan het eind van de eerste alinea. De op een na laatste zin maakt dat duidelijk ‘Nu is hij (Sjoerd) al vier jaar vrijwilliger’ (in het park). De laatste zin is een vraag waarop de tekst antwoord geeft: Wat doet hij als dierenverzorger in het park?

Slide 12 - Slide

5  Lievelingsdieren, alinea 3; Werkzaamheden, alinea 2
      Uilenballen vegen, alinea 4
6 Alinea 2: klusjes; Alinea 4: opdracht ; Alinea 5: werkzaamheden
7 In de laatste alinea staat dat Sjoerd door het werken in het park zijn eigen        baardhagedissen kan onderhouden. Dat doet vermoeden dat hij voer en          andere benodigdheden voor het terrarium van het park in ruil voor zijn            vrijwilligerswerk krijgt.

Slide 13 - Slide

waar denk jij aan bij 'tennis'?

Slide 14 - Open question

wie weet er veel van tennis?
noem de 4 grand-slamtoernooien:

Slide 15 - Open question

welke Nederlander won ooit een Grand Slam toernooi?

Slide 16 - Open question

Welk toernooi was dat en wanneer?

Slide 17 - Open question

AAN DE SLAG!
Lees de tekst in je boek (blz. 92-93)
Maak opdracht 3 en 4 digitaal.

vragen?

Slide 18 - Slide