Herhaling trim 1

• Nederlands
• Secundair onderwijs

Is dit woord juist of fout geschreven?

1. Juist
2. Fout

Bepaal het teksttype..

In het stripverhaal ‘ De Trawanten van Spih’ komt het personage van inspecteur Sapperdeboere twee maal voor. Wat kan je dan over dit personage zeggen?

1. Het is de antagonist en een vol karakter.
2. Het is de antagonist en een vlak karakter.
3. Het is de protagonist en een vlak karakter.
4. Andere

Welk speciaal personage komt in dit stripverhaal voor? Jerom is een ... .

Vul de juiste vorm van het werkwoord in. Als er niet snel wordt ………………...............………………. ( streven) naar het terugdingen van broeikasgassen, dan behoort het klimaat zoals we dat nu in België kennen tegen 2056 voorgoed tot het verleden.

Vul de werkwoordsvorm aan: „De resultaten zijn schokkend”, ……………..........…………………. ( berichten) Camilo Moro, leider van het onderzoek.

Vul de juiste werkwoordsvorm aan: ..................................... ( vinden) u het klimaat belangrijk?

Ik hoorde HEM hardop lachen met die ongelukkige en gaf hem een berisping. Welk woordsoort is HEM?

1. een persoonlijk voornaamwoord
2. een aanwijzend voornaamwoord
3. een bezittelijk voornaamwoord
4. een onbepaald voornaamwoord

Ik hoorde hem HARDOP lachen met die ongelukkige en gaf hem een berisping. Welke woordsoort is HARDOP?

Ik hoorde hem hardop lachen met DIE ongelukkige en gaf hem een berisping. Welke woordsoort is DIE?

1. een persoonlijk voornaamwoord
2. een aanwijzend voornaamwoord
3. een betrekkelijk voornaamwoord
4. een onbepaald voornaamwoord

Ik hoorde hem hardop lachen met die ongelukkige en GAF hem een berisping. Welk soort werkwoord is GAF?

1. een hww
2. een kww
3. een zww
4. een hoofdwerkwoord

Ik hoorde hem hardop lachen met die ONGELUKKIGE en gaf hem een berisping. Welke woordsoort is ONGELUKKIGE?

Welke twee
schooltaalwoord ontbreken?

Welk tekstverband kwam er in dit artikel voor?

Kan jij deze examenvragen uit lang vervlogen tijden oplossen?
Wat is het lijdend voorwerp in deze zin?

1. jij
2. deze examenvragen
3. deze examenvragen uit lang vervlogen tijden
4. vervlogen tijden

Traduisez:
Sta op als de leerkracht binnenkomt.

In deze zin komen 3 zinsdelen voor. Welke?

1. pv- adpv- onderwerp
2. pv- adpv- bep
3. pv- adpv- inf
4. pv- bep- inf

Op basis van welke vier kenmerken worden de medeklinkers ingedeeld?
Schrijf de delen van het gezegde over.

. Leerlingen moesten toen voor Nederlands de fonetische tekens aanleren.
Is VOOR NEDERLANDS een meewerkend voorwerp?

1. Ja
2. Neen