K3 bio thema 2 BS 3 Veranderingen in de puberteit

BS 3 Veranderingen in de puberteit
1 / 13
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

BS 3 Veranderingen in de puberteit

Slide 1 - Slide

Primaire geslachtskenmerken
Primaire geslachtskenmerken:
 al vanaf de geboorte te zien

Jongens:
penis - balzak

Meisjes:
schaamlippen - clitoris
Intersekse: niet herkenbaar als jongen of meisje geboren 

Slide 2 - Slide

Secundaire geslachtskenmerken
‘Secundaire’ betekent ‘tweede’.

In de puberteit ontstaan de secundaire geslachtskenmerken

Secundaire geslachtskenmerken ontstaan onder invloed van geslachtshormonen.

Slide 3 - Slide





hypofyse (=hormoonklier)
Vanaf puberteit maakt deze hormonen aan voor werking eierstokken en teelballen.

Slide 4 - Slide

Geslachtshormonen
Hormoonklieren maken hormonen. Hypofyse geven hormonen af aan het bloed.

Hormonen:
 regelen de werking van  organen

Geslachtshormonen regelen de werking van geslachtsorganen en zorgen voor lich. ontwikkeling van jongen-man en meisje-vrouw


Slide 5 - Slide

Ontwikkeling geslachtsorganen
De ontwikkeling van de geslachtsorganen begint in de 6de week van de zwangerschap. 
In het begin zijn de organen gelijk.
Hormonen sturen de ontwikkeling aan. Welke hormonen er gemaakt worden, hangt af van de geslachtschromosomen van de baby. XX of XY
vrouwelijke ontwikkeling    mannelijke ontwikkeling

Slide 6 - Slide

Puberteit
Hormonen uit de hypofyse zorgen ervoor dat:

MANNEN:
Teelballen gaan zaadcellen maken EN testosteron (mannelijke geslachtshormoon)
VROUWEN
In de eierstokken gaan eicellen rijpen EN
maken de eierstokken het vrouwelijke geslachtshormoon oestrogeen
Secundaire geslachtskenmerken ontstaan door testosteron en oestrogeen

Slide 7 - Slide

Follikelrijping en eisprong

Slide 8 - Slide

Menstruatiecyclus 
  • Menstruatiecyclus               Ovulatie                     menstruatie ongesteldheid

Slide 9 - Slide

Menstruatiecyclus
Cellen uit de wand van de rijpende follikels produceren oestrogenen  -> hierdoor wordt het baarmoederslijmvlies dikker.

Na de ovulatie maakt het gele lichaam hormonen die het dikke baarmoederslijmvlies in stand houden, voor een evt. zwangerschap.

Wordt eicel niet bevrucht-> gele lichaam sterft af-> baarmoederslijmvlies wordt voor een deel afgestoten, waarbij bloed vrij komt-> ongesteld zijn 

Slide 10 - Slide

Menstruatie: slijm en bloed worden tijdens de menstruatie afgevoerd.
Gepaard met buikkrampen: spieren in baarmoederwand trekken samen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Aan het werk:
Lezen BS 3 Veranderingen in puberteit

Maken opdrachten: 1, 2, 3, 6, 7

Klaar? -> Controleer of je BS 1 en BS 2 al af hebt

Wil je ook opdrachten nakijken?? Vraag om nakijkboek

Slide 13 - Slide