SVA1: werken in de kapsalon

SVA1: werken in de kapsalon
Klanten ontvangen - haren wassen/massage -  kammen/borstelen + reinigen  - föhnen - vlechten - de was + schoonmaak
1 / 63
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 4

This lesson contains 63 slides, with interactive quizzes, text slides and 7 videos.

Items in this lesson

SVA1: werken in de kapsalon
Klanten ontvangen - haren wassen/massage -  kammen/borstelen + reinigen  - föhnen - vlechten - de was + schoonmaak

Slide 1 - Slide

1. Klanten ontvangen
Hierna weet jij:
Hoe je op de juiste manier een klant moet ontvangen…..​
Hoe je je werkplek voorbereidt….​
Hoe je de klant naar de juiste stoel brengt......
Wat een scheiding is......
Hoe je het haar borstelt of kamt......





Slide 2 - Slide

Hoe moet je klanten ontvangen?

Bekijk de video

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Wat doe je als de klant in de wachtruimte zit?
A
Koffie of thee brengen
B
Niks
C
Dit hoeft niet
D
De klant beter leren kennen door te kletsen

Slide 5 - Quiz

Terwijl de klant wacht en koffie/thee drinkt. Wat ga jij doen?
A
Niks
B
Werkplek en kar klaarmaken
C
Het water alvast aanzetten
D
Schoonmaken

Slide 6 - Quiz

Oefenen in 2 tallen:
1. Ontvangen: ‘Welkom’​ (klant aankijken en let op taalgebruik)
2. Klant: ‘ik heb een afspraak’​​ 
3. Controleren afspraak​
4. Klant naar de wachtruimte brengen​
5. Koffie / thee aanbieden
6. Werkplek en kar klaarmaken







Slide 7 - Slide

Werkplek en kar klaarmaken. Wat heb je nodig?
Shampoo​ + Conditioner (crèmespoeling)​
Mantel​ 
Handdoek​ 
Borstel / kam​
Föhn
Klemmen
Spiegel
Elastiekjes




Slide 8 - Slide

Klant naar stoel brengen en haren kammen/borstelen

Bekijk het filmpje

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Bij klitten, begin je onderaan met kammen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Een scheiding
Het haar dat vanuit het midden naar links en rechts valt, waardoor er een splitsing ontstaat. De scheiding kan precies over het midden lopen, of net daarnaast.
Dit valt bij iedereen anders. 

Wat voor scheiding heb jij?

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Oefenen in 2 tallen
1. Klant naar de stoel brengen
2. Haren kammen
3. Kijk wat voor scheiding de klant heeft

Slide 14 - Slide

Huid en haar diagnose
Wat voor soort haar heb jij? Bekijk de plaatjes.

Slide 15 - Slide

Vet haar
Droog haar

Slide 16 - Slide

Dik haar
Dun haar

Slide 17 - Slide

Wat is kroes haar?
A
B
C
D

Slide 18 - Quiz

Wat is steil haar?
A
B
C
D

Slide 19 - Quiz

Voor elk type haar, gebruik je andere shampoo. Wat als je dit niet doet?
A
Dan wordt het haar vet of juist droog
B
Gebeurt er niks
C
Gaat het stinken
D
Dan beschadig je het haar

Slide 20 - Quiz

2. Haren wassen
Hierna weet jij:
Hoe je het haar van de klant wast…​ 
Hoe je je werkplek weer netjes opruimt en achterlaat…. ​

Slide 21 - Slide

Hoeveel shampoo heb je minimaal nodig?
A
6 pompjes
B
je gebruik bijna nooit shampoo
C
20 liter
D
zo veel als een €2,00 muntje

Slide 22 - Quiz

Conditioner (crémespoeling), doe je NOOIT op de hoofdhuid. Waarom niet?
A
Dat moet wel
B
Het haar wordt dan vet
C
Dan gaat het haar stinken
D
Omdat conditionter nooit nodig is

Slide 23 - Quiz

Waarom was je het haar met conditioner(crémespoeling)?
A
Het maakt het haar zacht
B
Het maakt je haar schoon
C
Het verzorgt het haar extra
D
Het helpt tegen roos

Slide 24 - Quiz

Wat gebeurt er met het haar als je shampoo niet goed eruit wast?
A
Dan gaat het stinken
B
Je haar breekt af
C
Niks
D
Wordt het haar vet

Slide 25 - Quiz

Haren wassen bij de klant
Bekijk het filmpje

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Er zijn 3 verschillende massages
1. Kneedmassage
2. Klopmassage
3. Wrijfmassage 

op je examen doe je de wrijfmassage, bekijk het filmpje

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

Begin
1. verzamel alle materialen (welke shampoo heb je nodig?, kijk naar het haartype)

2. Mantel om en handdoek om te schouders
3. Water aanzetten en tempratuur controleren

Slide 30 - Slide

Tijdens 
1. Maak kommetje met je hand 
2. Begin bij de haargrens
3. Zet kraan uit en breng juiste shampoo aan
4. Masseer (wrijfmassage)
5. Spoel shampoo uit
6. Breng conditioner aan

Slide 31 - Slide

Afronding:
1. Haren droog knijpen met de handdoek
2. Handdoek om het hoofd vouwen
3. Klant naar kappersstoel brengen
4. Werkplek schoon en droog achterlaten

Slide 32 - Slide

Oefenen op elkaar:
Let goed op:
- Kommetje met je hand op de haargrens
- Tempratuur water
- Van boven naar beneden
- Onderkant ook goed nat!
- Massage

Slide 33 - Slide

3. Haren borstelen en kammen
Hierna weet jij:
De namen van de materialen
Hoe je de materialen schoonmaakt

Slide 34 - Slide

Wat is een föhn borstel?
A
B
C
D

Slide 35 - Quiz

Tijdens je examen mag je zelf kiezen of je een föhn borstelt gebruikt
A
Waar
B
Niet waar

Slide 36 - Quiz

Je vraagt aan de klant of diegene het haar gekamd of geborsteld wil hebben.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 37 - Quiz

Het haar borstel/kam je van boven naar benden. Tenzij er klitten zijn!
A
Waar
B
Niet waar

Slide 38 - Quiz

Bij klitten begin je altijd onderaan met kammen/borstelen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 39 - Quiz


De punt van de kam mag je NOOIT gebruiken voor het maken van een scheiding
A
Waar, want dit doet pijn
B
Niet waar, want zo krijg je een rechte scheiding

Slide 40 - Quiz

Kammen/borstels schoonmaken
Wat heb je nodig:
- borstel/kam die je gebruikt hebt
- Grove (punt) kam
- Oranje teiltje met  lauwwarm water 
- Shampoo
- Handdoek

Slide 41 - Slide

Gebruik lauwwarm water
en shampoo
Gebruik een kam of een haarverwijderaar

Slide 42 - Slide

Oefenen
Maak de borstels/kammen schoon op de juiste manier!

1. Maak een sopje in oranje teiltje
2. verwijder de haren
3. Leg de materialen in het sopje
4. Spoel de materialen weer af onder de kraan
5. Droog de materialen af en leg ze op een handdoek om verder te drogen

Slide 43 - Slide

4. Haren föhnen
Hierna weet jij:
Hoe je de haren van een klant föhnt

Slide 44 - Slide

Begin boven aan met föhnen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 45 - Quiz

Beweeg altijd de föhn! Doe je dit niet, dan....
A
Wordt het haar niet droog
B
Verbrand de hoofdhuid
C
Verbrand het haar
D
Gebeurt er niks

Slide 46 - Quiz

Nooit trekken aan de snoer van de föhn EN:
A
uitkijken met water
B
de föhn aan laten staan

Slide 47 - Quiz

Haren föhnen
1. controleer of je alle materialen hebt
2. Bekijk het filmpje

Slide 48 - Slide

Slide 49 - Video

Oefenen op elkaar!
(tijdens je examen mag je kiezen: met of zonder föhn borstel)

Slide 50 - Slide

5. Haren vlechten
Hierna weet jij:
- hoe je 1 of 2 vlechten maakt

Slide 51 - Slide

Vraag altijd aan de klant:
Wilt u 1 of 2 vlechten?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 52 - Quiz

1 vlecht
2 vlechten 
(let op rechte scheiding!)

Slide 53 - Slide

Bekijk het filmpje
Daarna oefenen!

Slide 54 - Slide

Slide 55 - Video

6. De was + schoonmaak
Hierna weet jij:
Hoe je de was aanzet op juiste tempratuur
Hoe je de kapsalon moet schoonmaken

Slide 56 - Slide

Wat heb je nodig?
- Wasmand
- Wasrek
- Knijpers
- Wasmiddel

Slide 57 - Slide

Mag niet in de droger
Mag wel in de droger

Slide 58 - Slide

Wat moet je schoonmaken
- Tafels
- Kapperskruk
- Kappersstoel
- Vloer vegen
- vloer moppen/stofwissen

Slide 59 - Slide

Wat heb je nodig?
- Emmer met lauw water
- Schoonmaakmiddel
- Poetsdoek


Slide 60 - Slide

Oefenen
Maak de kapsalon weer netjes!

Slide 61 - Slide

Dit wil ik nog oefenen,
voordat ik op examen ga

Slide 62 - Mind map

Succes met het examen!!

Slide 63 - Slide