Herhaling taal blok 2

• Taal
• Basisschool
• Groep 6

Herhaling taal blok 2

Les 3, 7 en 11.

Het persoonlijk voornaamwoord

Het bezittelijk voornaamwoord

Onderwerp en werkwoord afstemmen

Wat weet jij nog over het persoonlijk voornaamwoord?

Persoonlijk voornaamwoord

• Een persoonlijk voornaamwoord verwijst naar een persoon, dier of ding.
• In een zin kunnen meerdere persoonlijke voornaamwoorden staan.
• Welk persoonlijk voornaamwoord je gebruikt, hangt af van de persoon naar wie het verwijst. 

Wat is het persoonlijk voornaamwoord?
Weet jij wanneer de toets is?

1. de
2. toets
3. jij
4. is

Welke twee persoonlijke voornaamwoorden staan in de zin?
Hij belooft het deze week te doen.

Wat weet jij nog over het bezittelijke voornaamwoord?

Bezittelijk voornaamwoord

• Een bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets of iemand is.
• Hoe het bezittelijk voornaamwoord eruit ziet, hangt af van wie iets of iemand is.

Wat is het bezittelijk voornaamwoord?
Waarom heb jij mijn jas aan?

1. heb
2. mijn
3. jij
4. aan

Wat is het bezittelijke voornaamwoord?
Gisteren gaf zij haar spreekbeurt.

Wat weet jij nog over het afstemmen van het onderwerp en het werkwoord?

Onderwerp en werkwoord afstemmen

• Een werkwoord heeft verschillende vormen in de tegenwoordige tijd.

ik-vorm --> ik roep

hij-vorm --> ik-vorm + t  (hij roept)

wij-vorm --> hele werkvorm (wij roepen)

• De vorm van het werkwoord hangt af van het onderwerp

In welke vorm staat het werkwoord?
In de pauze drinkt de juf thee.

1. ik-vorm
2. hij-vorm
3. wij-vorm

Zet de volgende zin in de hij-vorm.
Wij rennen naar de gymzaal.