H4 Elektriciteit H4, H9 par 1 en 2

Elektriciteit oefenen
H4 H4 en 9.1 en 9.2
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Elektriciteit oefenen
H4 H4 en 9.1 en 9.2

Slide 1 - Slide

Zie de stroomkring.
Wat is wat?
A
1 meet I, 2 meet I
B
1 meet U, 2 meet U
C
1 meet I, 2 meet U
D
1 meet U, 2 meet I

Slide 2 - Quiz

Bereken de weerstand van het lampje.

Slide 3 - Open question

Weerstand: R = U/I
I = 2,0 A    en U = 10 V

R = U/I, dus
R = 10/2,0 = 5  Ω

Slide 4 - Slide

Bereken het vermogen van het lampje.

Slide 5 - Open question

Vermogen: P = UxI
I = 2,0 A    en U = 10 V

P = Ux I, dus
P = 10 x 2,0 = 20 W

Slide 6 - Slide

Weerstand van een draad

Slide 7 - Slide

Een koperdraad is rond en heeft een diameter van 2,0 mm. Bereken het doorsnede-oppervlak in de juiste SI-eenheid en met de juiste significantie.

Slide 8 - Open question

Berekenen A
A = π x r2
r = 0,5 d    dus     r = 1 mm     dus r = 1 x 10-3 m
A = 3,142 x (1 x 10-3)2

A = 3,1 x 10-6 m2

Slide 9 - Slide

Geef de soortelijke weerstand van koper met de juiste eenheid.

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Slide

Een koperen draad (d = 2,0 mm) heeft een lengte van 10 m. Bereken de weerstand van de draad.

Slide 12 - Open question

Berekenen weerstand draad:
l = 10 m,    ρ = 17∙ 10-9 Ωm,  
A = 3,1∙ 10-6 m2

dus

R = 17∙ 10-9  x 10 / 3,1∙ 10-6 = 5,4∙ 10-3 Ω

Slide 13 - Slide

Energieverbruik

Slide 14 - Slide

Een televisie (500 W) staat 4 uur aan.
Bereken het energieverbruik in kWh.

Slide 15 - Open question

Televisie (500 W) staat 4 uur aan.
E = P x t
dus
E = 0,5 kW x 4 h = 2 kWh

Slide 16 - Slide

Een televisie (500 W) staat 4 uur aan.
Bereken het energieverbruik in J.

Slide 17 - Open question

Televisie (500 W) staat 4 uur aan.
E = P x t
dus
E = 500 J/s x (4 x 3.600) = 7.200.000 J.

E = P x t
dus
E = 0,5 kW x 4 h = 2 kWh

Slide 18 - Slide

Eenheid van energie: Joule of kiloWattuur
Energie heeft meerdere eenheden

De SI-eenheid is Joule (J)
Bij elektrische energie wordt vaak kilowattuur (kWh) gebruikt

1 kWh = 3.600.000 J

Slide 19 - Slide

Zie de schakeling.
De stroom door
R1 is:
A
0,3 A
B
0,6 A
C
1,67 A
D
3,3 A

Slide 20 - Quiz

Zie de schakeling.
De spanning over
R1 is
A
3 V
B
4 V
C
6 V
D
12 V

Slide 21 - Quiz

Als je teveel apparaten in huis aanzet op 1 groep dan wordt de stroom uitgeschakeld door de
A
randaarde
B
aardlekschakelaar
C
kWh-meter
D
zekering

Slide 22 - Quiz

Als je per ongeluk een pool van het stopcontact raakt dan wordt de stroom uitgeschakeld door de
A
randaarde
B
aardlekschakelaar
C
kWh-meter
D
zekering

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide