Formuleren uitdrukkingen

Formuleren H2 
Paragraaf 3: uitdrukkingen
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with text slides.

Items in this lesson

Formuleren H2 
Paragraaf 3: uitdrukkingen

Slide 1 - Slide

Wat is een uitdrukking? 
Een uitspraak met een figuurlijke betekenis, die je in het woordenboek kunt vinden. 

Slide 2 - Slide

Verschillende soorten: 
Met behulp van een synoniem (tautologie): 

Te hooi en te gras 
Kant en klaar
Van haver tot gort 

Slide 3 - Slide

Verschillende soorten: 
Met behulp van een synoniem: 

Te hooi en te gras: zonder systeem / regelmaat 
Kant en klaar: helemaal in orde
Van haver tot gort: door en door 

Slide 4 - Slide

Verschillende soorten: 
Met behulp van een tegenstelling (antithese) 

Goedkoop is duurkoop 
Te pas en te onpas 
In voor- en tegenspoed 
Van heinde en verre 

Slide 5 - Slide

Verschillende soorten: 
Met behulp van een tegenstelling: 

Goedkoop is duurkoop: wat goedkoop is, is vaak van slechte kwaliteit dus je hebt er niets aan (geldverspilling)
Te pas en te onpas: vaak 
In voor- en tegenspoed
Van heinde en verre: uit alle streken 

Slide 6 - Slide

Verschillende soorten: 
Met behulp van een alliteratie: 

Door dik en dun 
Klaar is Kees
De kous op de kop krijgen 

Slide 7 - Slide

Verschillende soorten: 
Met behulp van een alliteratie: 

Door dik en dun: in alle omstandigheden 
Klaar is Kees: het is gelukt, ik ben klaar
De kous op de kop krijgen: afgewezen worden 

Slide 8 - Slide

Verschillende soorten: 
Met behulp eindrijm: 

Zo gewonnen, zo geronnen
Kraak nog smaak hebben 
Hutje bij mutje leggen 

Slide 9 - Slide

Verschillende soorten: 
Met behulp eindrijm: 

Zo gewonnen, zo geronnen: makkelijk gekregen, makkelijk verloren 
Kraak nog smaak hebben: het smaakt nergens naar 
Hutje bij mutje leggen: iedereen moet iets bijdragen 

Slide 10 - Slide

Aan de slag 
Maak nu opdrachten 12, 14 en 15 van Formuleren H2, paragraaf 3 
(p. 195-196) 

Slide 11 - Slide